Ruslan 1 urok 4

Ardis Reclame
1. Waar wordt hier reclame voor gemaakt? NL
2. Welke woorden heb je herkend? NL
Ardis reclame
1 / 41
next
Slide 1: Slide
RussischMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Ardis Reclame
1. Waar wordt hier reclame voor gemaakt? NL
2. Welke woorden heb je herkend? NL
Ardis reclame

Slide 1 - Slide

1. Waar wordt hier reclame voor gemaakt? NL
2. Welke woorden heb je herkend? NL
Ardis reclame

Slide 2 - Open question



1. Is Vadim zeker over de rijkdom van Ivan?
Luistertekst Ljoedmila en Vadim urok 4
A
Ja
B
Wordt niet duidelijk
C
Nee

Slide 3 - Quiz



2. Is Vadim een miljonair?
Luistertekst Ljoedmila en Vadim urok 4
A
ja
B
wordt niet duidelijk
C
nee

Slide 4 - Quiz


3. In welk hotel heeft Ljoedmila gelogeerd in London?
Luistertekst Ljoedmila en Vadim urok 4
A
Marriott
B
Hilton
C
Best Wester
D
Holiday Inn

Slide 5 - Quiz

Info personen У Анто́на и Ве́ры
Kies een van  onderstaande personen
Leer 1 zin die informatie over deze persoon geeft
Анто́н
Ве́ра
И́горь
Людми́ла
Русла́н

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

denken
blij (m)
met de trein
vandaag
nog
сего́дня
на по́езде
рад (m)
ду́мать
ещё

Slide 8 - Drag question

ви́деть
A
kijken
B
zien
C
luisteren
D
wachten

Slide 9 - Quiz

Hoeveel is три́дцать?
Typ in cijfers, geen letters

Slide 10 - Open question

spreken, zeggen =
schrijf je antwoord op een blad en upload hier

Slide 11 - Open question

Wat is de juiste vertaling van ...
У меня́ была́ командиро́вка
A
Jij hebt geluncht
B
We hebben u verwacht
C
Ik was op zakenreis
D
Er was voor mij werk

Slide 12 - Quiz

ik woonde (m)
ik dacht (m)
ik zei (m)
я жил
я ду́мал
я говори́л

Slide 13 - Drag question

Schrijf verleden tijd voor alle personen van het werkwoord чита́ть!

Slide 14 - Open question

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

чита́ть
слу́шать
ду́мать

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

timer
3:00

Slide 22 - Slide

Что вы .... (verleden tijd) в Ло́ндоне?
A
де́лал
B
де́лаешь
C
де́лаел
D
де́лали

Slide 23 - Quiz

Я ... (verleden tijd)
A
рабо́тал
B
рабо́ла
C
рабо́таем
D
раболю́

Slide 24 - Quiz

А где в Ло́ндоне вы ... (verl. tijd)?
A
рабо́тала
B
рабо́тале
C
рабо́тете
D
рабо́тали

Slide 25 - Quiz

Я ... (verleden tijd) в це́нтре
A
рабо́тал
B
рабо́тла
C
рабо́тил
D
рабо́тюл

Slide 26 - Quiz

А где вы ... (verl. tijd)?
A
жю́вели
B
живёл
C
живя́
D
жи́ли

Slide 27 - Quiz

Я .... (verl. tijd) в гости́нице
A
жил
B
живу́
C
живя́л
D
живу́т

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide