Schrijven: column les 4 :taalgebruik, inleiding en slot

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lezen
10 minuten
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Column Aure Hulst

Slide 3 - Slide

Column Kees van Amstel

Slide 4 - Slide

Vorige lessen heb je geleerd...

... wat beeldspraak is (herhaling).
... wat stijlfiguren zijn (herhaling).

Slide 5 - Slide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
...kijken we naar het taalgebruik in columns. 
...Openingszin, inleiding, slot en laatste zin
...informeel taalgebruik
...het ‘Ikje’



Slide 6 - Slide

Beoordeling taalgebruik in column

  • Bijvoeglijke naamwoorden


  • Figuurlijk taalgebruik - beeldspraak en stijlfiguren


  • Informeel en persoonlijk taalgebruik - maak gebruik van ‘ik’


Slide 7 - Slide

De inleiding
  • Originele openingszin & Pakkende inleiding 

  • Begin met een ongebruikelijk detail  
  • Citeer een beroemde persoon
  • Begin met een pakkende anekdote over het onderwerp 
  • Start met een aantal vragen
  • Start met een actualiteit
  • Start met een stukje geschiedenis
  • Start met een voorbeeld


Slide 8 - Slide

Openingszin & Inleiding

  • Inleiding: 
  • Anekdote

  • Openingszin:
  • Op het verkeerde
been zetten

Slide 9 - Slide

  • Anekdote

Slide 10 - Slide

  • Ongebruikelijk detail

Slide 11 - Slide

  • Openingszin: Er was eens...
  • Inleiding: Voorbeeld
en situatieschets

Slide 12 - Slide

Citaat

Slide 13 - Slide

Passend slot & Knallende slotzin
  • Hoe sluit ik mijn column passend af?
  • Knallende slotzin
  • Een voorspelling
  • Een vraag of meerdere vragen
  • Een aanbeveling, een advies, een aansporing
  • Een samenvatting
  • Een conclusie
  • Een afweging


Slide 14 - Slide

Informele taal
  • Formeel betekent 'zakelijk, officieel, 
tot het publiek behorend', 
  • informeel 'niet-zakelijk, ongedwongen, 
tot de privésfeer behorend'.

  • IKJE -> Een persoonlijke ervaring
of anekdote in maximaal 350
woorden in het NRC.

Slide 15 - Slide

Huiswerk
  • Schrijf een ikje over één van onderstaande onderwerpen van minimaal 125 woorden en maximaal 275 woorden. Bedenk een pakkende openingszin en een knallende slotzin. 

  1. Je beschrijft je belevenissen als vogelverschrikker op een maisveld.
  2. Je bent een kat en maakt wat bijzonders mee als je door het kattenluikje naar buiten sluipt.
  3. Je krijgt een verjaardagscadeau dat je absoluut niet had willen hebben.
  4. Je werkt in een dierenwinkel en je hebt daar per ongeluk driehonderd muizen laten ontsnappen.
  5. Je wordt wakker en merkt dat je onzichtbaar bent. 

  • Maak het IKJE op de volgende slide.

Slide 16 - Slide

IKJE

Slide 17 - Open question