Herhalingsles H2 - 2kta

Herhalingsles - 2kta
Hoofdstuk 2. Repetitie = Volgende week! 

(4 oktober 2e uur: Schrijf in je agenda!!) 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhalingsles - 2kta
Hoofdstuk 2. Repetitie = Volgende week! 

(4 oktober 2e uur: Schrijf in je agenda!!) 

Slide 1 - Slide

Je hebt voor economie een 6,2 en 6,6 en een 7,3 gehaald. Wat is je gemiddelde cijfer voor economie?
A
6,6
B
6,7
C
6,9
D
7,1

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Wat is een basisbehoefte?
A
half volkoren
B
fiets
C
vliegvakantie
D
Tesla Model S

Slide 4 - Quiz

Wat is een gebruiksgoed?
A
kapper
B
elektrische fiets
C
opladen elektrische fiets
D
panini broodje

Slide 5 - Quiz

Wat is een consumentenorganisatie?
A
school
B
jumbo
C
bol.com
D
consumentenbond

Slide 6 - Quiz

De consumentenbond heeft ijsjes getest. Hoe noem je zo'n onderzoek?
A
marktonderzoek
B
vergelijkend warenonderzoek
C
medisch onderzoek
D
schoolonderzoek

Slide 7 - Quiz

Wie controleert of iedereen zich aan de warenwet houdt?
A
de politie
B
de brandweer
C
De regering
D
de NVWA

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Video

Wat is geen inkomen?
A
loon
B
winst
C
telefoonabonnement
D
uitkering

Slide 10 - Quiz

Je ouder(s)/verzorger(s) krijgen € 100 per maand kinderbijslag. Hoeveel is dat per week?
A
€ 21,25
B
€ 23,08
C
€ 25
D
€ 100

Slide 11 - Quiz

Wat is een incidentele uitgave?
A
kapper
B
supermarkt
C
fietsreparatie
D
hypotheek

Slide 12 - Quiz

Je wilt over een jaar een nieuwe refurbished iPhone kopen voor € 195. Hoeveel moet je vanaf nu maandelijks reserveren?
A
€ 15,75
B
€ 16,25
C
€ 17,50
D
€ 18,75

Slide 13 - Quiz

Dit plaatje is een voorbeeld van?
A
basisbehoeften
B
overige behoeften

Slide 14 - Quiz

Sociale beïnvloeding is
A
De invloed van fabrikanten op wat jij koopt
B
De invloed van winkeliers op wat jij koopt
C
De invloed van vrienden op wat jij koopt

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Video

Opdracht 26a blz. 15
Op een deodorant van €3,75 krijg je 40% korting. Bereken het bedrag van de korting.

Slide 17 - Open question

Opdracht 26c blz. 15
Een fles shampoo kost normaal €4,60. Nu krijg je 35% korting. Bereken het bedrag van de korting.

Slide 18 - Open question