1.5 Transport door membranen

Inleiding in de biologie
1.5 Transport door membranen
Spullen op tafel

1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Inleiding in de biologie
1.5 Transport door membranen
Spullen op tafel

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
Practicumopdracht 8: Osmose bij verschillende concentraties
blz. 74 boek
  • resultaten verzamelen
  • conclusie en discussie
  • samenvatten en oefenen

Slide 2 - Slide

Leerdoelen

  • Je kunt uitleggen wat diffusie en osmose is en toelichten welke rol osmose speelt bij de stevigheid van planten.
  • Je kunt beschrijven hoe transport van stoffen via (cel)membranen plaatsvindt.

Slide 3 - Slide

Wat denk je dat er gebeurd als je een theezakje in een beker warm en een beker koud water hangt?

Slide 4 - Open question

Diffusie
De verplaatsing van een stof van een plaats met een hoge concentratie naar een plaats met een lage concentratie van die stof.

De diffusiesnelheid is afhankelijk van de temperatuur.

Slide 5 - Slide

Osmose 

Slide 6 - Slide

Wat gebeurt er bij osmose?
A
Dan stroomt er water door een semi-permeabel membraan naar een ruimte met een hogere concentratie opgeloste stoffen
B
Dan stroomt er water door een permeabel membraan naar een ruimte met een lagere concentratie opgeloste stoffen
C
Dan gaan er stoffen via een semi-permeabel membraan naar een ruimte waar zich een hogere concentratie van die stoffen bevindt
D
Dan gaan er stoffen via een permeabel membraan naar een ruimte waar zich een lagere concentratie van die stoffen bevindt

Slide 7 - Quiz

Welke afbeelding is een juiste weergave van osmose?
A
B
C
D

Slide 8 - Quiz

Wat is osmose bij een celmembraan?
A
Het passeren van zuurstof
B
Het passeren van water
C
Het passeren van zuurstof en water
D
Het passeren van opgeloste stoffen

Slide 9 - Quiz

Osmotische waarde
Hoeveel water zich verplaatst wordt bepaald door de osmotische waarde aan beide zijden van het membraan.

Osmotische waarde: hoeveelheid opgeloste stoffen in het water.

Hoge osmotische waarde: veel opgeloste stoffen.
Lage osmotische waarde: weinig opgeloste stoffen.
Water stroomt van een lage -> hoge osmotische waarde.

Slide 10 - Slide

osmose in een plantencel

Slide 11 - Slide

passief transport
kost geen energie
verloopt altijd door een concentratieverschil
osmose en diffusie


Slide 12 - Slide

Actief transport, tegen concentratiegradiënt in. Kost ATP.
gaat tegen de concentratiegradiënt in
kost wel energie

Slide 13 - Slide

actief/passief transport

Slide 14 - Slide

exo/endocytose
Exocytose:afsnoeren blaasjes (actief)
Endocytose: opnemen stoffen
-> endosoom.
Voeding opnemen: fagocytose

Slide 15 - Slide

verplaatsing van zout van een hoge concentratie naar een lage concentratie is een vorm van
A
Diffusie
B
Osmose
C
Actief transport

Slide 16 - Quiz

Diffusie en osmose zijn een vorm van....
A
actief transport
B
passief transport
C
beide zijn mogelijke
D
geen van beide

Slide 17 - Quiz

Welk transport
mechanisme heeft dit verschijnsel veroorzaakt?
A
Osmose
B
Actief transport
C
Diffusie
D
Geen van bovenstaande

Slide 18 - Quiz

Diffusie of
osmose?
A
Diffusie
B
Osmose

Slide 19 - Quiz

Diffusie of
osmose?
A
Diffusie
B
Osmose

Slide 20 - Quiz

Huiswerk
Zie Magister

Slide 21 - Slide