4.2 Een vrouw

Wat gaan we doen vandaag?
- Ga zitten, pak je spullen voor je.
- Herhalen van de vorige les. Waar ging het ook alweer over?
- Leerdoelen van vandaag.
- Instructie.
- Werken aan je huiswerkopdrachten.
- Nakijken van de opdrachten.
- Terugkoppeling van de leerdoelen van vandaag.
1 / 40
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we doen vandaag?
- Ga zitten, pak je spullen voor je.
- Herhalen van de vorige les. Waar ging het ook alweer over?
- Leerdoelen van vandaag.
- Instructie.
- Werken aan je huiswerkopdrachten.
- Nakijken van de opdrachten.
- Terugkoppeling van de leerdoelen van vandaag.

Slide 1 - Slide

Herhaling vorige les
Denken
Doen
Uitwisselen

Antwoord van het groepje op wisbordjes.

Slide 2 - Slide

Wat betekent geslacht?

Slide 3 - Slide

Wat betekent intersekse?

Slide 4 - Slide

Welke soorten geslachtskenmerken zijn er?

Slide 5 - Slide

Wat betekent puberteit?

Slide 6 - Slide

Wat zijn voorbeelden van primaire geslachtskenmerken?

Slide 7 - Slide

Wat zijn voorbeelden van secundaire geslachtskenmerken?

Slide 8 - Slide

Wat wordt bedoeld met lichamelijke veranderingen?

Slide 9 - Slide

Wat wordt bedoeld met geestelijke veranderingen? 

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

eileider
eisprong
ovulatie
eicellen
eierstokken
baarmoeder
vrouwelijke geslachtscellen
een rijpe eicel komt vrij uit de eierstok
plaats waar een bevrucht eicel zich ontwikkelt tot kind
een rijpe eicel komt vrij uit de eierstok
buis die de eicel vervoert naar de baarmoeder
plaats waar de eicellen zich ontwikkelen

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

In figuur 4 zie je een schematische tekening van het voortplantingsstelsel van de vrouw. Welke geslachtsorganen worden er bedoeld met de onderstaande beschrijvingen? Sleep beschrijving naar de juiste nummers.

Vagina
Blaas
Urineleider
Eileider
Baarmoeder
Eierstok

Slide 27 - Drag question

Dit is een baarmoeder. Deze vrouw is zwanger.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

Wanneer is een vrouw vruchtbaar?
A
Tijdens de menstruatie
B
Tijdens en vlak na de ovulatie
C
Vlak na de menstruatie
D
Vlak voor de menstruatie

Slide 29 - Quiz

Waar bevinden zich de eicellen bij de vrouw?
A
baarmoeder
B
eileider
C
eierstokken

Slide 30 - Quiz

5 Kan een zwangere vrouw ongesteld worden?
A
Ja
B
Nee

Slide 31 - Quiz

In de afbeelding zie je een grafiek met de groei van het slijmvlies van de baarmoederwand van een vrouw.

3 Op welke dagen is deze vrouw vruchtbaar?
A
Op dag 1-5
B
Op dag 6-10
C
Op dag 11-15

Slide 32 - Quiz

Wanneer is een vrouw het meest vruchtbaar?
A
Vlak na de menstruatie
B
Vlak voor de menstruatie
C
Vlak na de eisprong
D
Vlak voor de eisprong

Slide 33 - Quiz

Vanaf wanneer heeft een vrouw eicellen?
A
Geboorte
B
Puberteit
C
Overgang
D
Als ze zwanger wil worden

Slide 34 - Quiz

Aan het werk
Maak je samenvatting/ mindmap/ uittreksel af.
Maak de online opdrachten van 4.2
Huiswerk:
* Kijk in je daltonplanner wanneer 4.2 af moet zijn.
* Lees paragraaf 4.3 voor de volgende les.

Slide 35 - Slide

Kijk zelf je online-opdrachten na.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Kan ik de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw noemen met hun functie en kenmerken?

Slide 38 - Open question

Slide 39 - Slide

Kan ik de menstruatiecyclus beschrijven?

Slide 40 - Open question