This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 20 min
Items in this lesson
Statistiek
Slide 1 - Slide
Een toename van 1,5% berekenen doe je door te vermenigvuldigen met de volgende factor:
A
1,5
B
0,015
C
0,985
D
1,015
Slide 2 - Quiz
Wat is de juiste formule voor het berekenen van het nieuwe aantal als de toename in % is gegeven?
timer
0:20
A
nieuw = oud - (percentage : 100) x oud
B
nieuw = oud + (percentage : 100) x oud
C
toename : oud x 100%
D
deel : totaal x 100%
Slide 3 - Quiz
Hoeveel procent komt erbij of gaat eraf met een factor van 1,17?
A
17% erbij
B
17% eraf
C
83% erbij
D
83% eraf
Slide 4 - Quiz
Hoeveel procent komt erbij of gaat eraf met een factor van 0,93?
A
93% erbij
B
93% eraf
C
7% erbij
D
7% eraf
Slide 5 - Quiz
Met welke factor kan ik de oude prijs vermenigvuldigen als er van de oude prijs 25 procent korting afgaat
A
0,25
B
1,25
C
-0,25
D
0,75
Slide 6 - Quiz
Hoeveel procent komt erbij als je met de factor 1,35 vermenigvuldigt?
A
65%
B
0,35 %
C
35 %
D
0, 65 %
Slide 7 - Quiz
Als je een percentage wilt berekenen gebruik je de formule:
A
Deel x geheel : 100
B
Deel : geheel x 100
C
Geheel x deel : 100
D
Geheel : deel x 100
Slide 8 - Quiz
De beestenboel Vorig jaar waren er 25 konijnen op de kinderboerderij. Dit jaar zijn er nieuwe konijnen bijgekomen. Het totaal is nu 41. De berekening voor de procentuele toename is: (Geef het foute antwoord aan)
A
Het nieuwe aantal is 41 konijnen
B
41(41−25)⋅100=39,024...
C
25(41−25)⋅100=64
D
Het oude aantal is 25 konijnen
Slide 9 - Quiz
Op een school dagen 86 leerlingen een bril. Dat zijn 7,3% van de leerlingen. Hoeveel leerlingen zitten er op school?
A
628
B
1350
C
1178
D
92
Slide 10 - Quiz
Nederland heeft 17.91 miljoen inwoners. Samen hebben ze 648 miljard euro op de bankrekening staan. Bereken hoeveel euro gemiddeld een Nederlander op de spaarrekening staan.
A
362
B
42000
C
42018
D
36181
Slide 11 - Quiz
Wat is de mediaan?
A
3
B
3,5
C
4
D
10
Slide 12 - Quiz
Ik kan de modus en de mediaan berekenen in een frequentietabel
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quiz
Sandra heeft haar cijfers voor wiskunde in een frequentietabel gezet.