3.3 Het leven in Rome

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Hallo!

Niet vergeten;

- Telefoons zijn niet zichtbaar in de les. Doe ze in de telefoontas! 

- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.

- Laptops op tafel.

Hoe groot was een Romeins fort?

1. 500 soldaten
2. 1.000 soldaten
3. 5.000 soldaten
4. 10.000 soldaten

Waar werd erbij de forten gebouwd voor de leiders van de soldaten?

3.4

Het leven in Rome

B1

Dagmenu

1. Introductie                       (5min)

2. Het leven in Rome          (15min)

3. Opdrachten                     (15min)

4. Afsluiting                          (5min)

Tijd van de Grieken en Romeinen

Het leven in Rome

Het leven in Rome << Klik hierop

Lees de tekst bij: Het leven in Rome

Kijk de video's bij: Het leven in Rome

Maak de opdrachten: Learnbeat

3.4A, 3.4B & 3.4C

Wat was de Romeinse naam voor Zeus?

1. Mars
2. Hera
3. Jupiter
4. Poseidon

Wie vechten er in het Colosseum?

1. De slaven
2. De docenten
3. De leerlingen
4. De gladiatoren

Opdrachten/Huiswerk

Maak op learnbeat:

3.4A, 3.4B & 3.4C Het leven in Rome

Volgende les: Opdracht Julius Ceasar

Hallo!

Niet vergeten;

- Telefoons zijn niet zichtbaar in de les. Doe ze in de telefoontas! 

- Wil je iets zeggen of vragen? Steek je hand omhoog.

- Laptops op tafel.

Hoe zijn de Romeinse theaters gebouwd?

1. Vierkant
2. Rond
3. Rechthoek
4. Driehoek

Welk bouwmateriaal hebben de Romeinen bedacht?

1. Beton
2. Baksteen
3. Asfalt
4. Plastic

3.4

Het leven in Rome

B1

Lesdoelen

1. Je kunt aan de hand van bronnen een verhaal bewijzen of ontkrachten

2. Je kunt vertellen hoe Julius Caesar is vermoord

Dagmenu

1. Introductie                       (5min)

2. Verhaal Julius Caesar     (5min)

3. Bron opdracht                  (25min)

4. Afsluiting                          (5min)

Bronnen

• Hoe gebruik je een bron?
• Controleer of de bron uit dezelfde tijdsperiode stamt.
  
• Onderzoek wie de bron heeft geschreven en met welk doel.
• Beoordeel of de schrijver feitelijke gebeurtenissen beschrijft.
• Vraag je af of de schrijver voornamelijk zijn eigen mening weergeeft.
• Probeer dezelfde informatie in andere bronnen te vinden.

Het verhaal

• De moord op Julius Caesar

• De opdracht: Aan het einde van het verhaal wordt gezegd: Gij ook Brutus (Et tu Brute)?  
• Is deze zin echt gezegd? Of is deze later toegevoegd?
• Ga nu op internet zoeken of dit klopt.
• Vergeet niet hoe je bronnen moet bekijken

Opdrachten/Huiswerk

Lees: 

Maak: Zorg dat je 3.4 klaar hebt.

Volgende les: 3.5 Het einde van het Romeinse Rijk