maandag 27 november 2023

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Lever je mobiel bij binnenkomst in in de rode bak. 
- Pak je Chromebook uit de kast en log vast in op LessonUp.

1 / 32
next
Slide 1: Slide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Goedemorgen! 
Fijn dat je er bent.

- Lever je mobiel bij binnenkomst in in de rode bak. 
- Pak je Chromebook uit de kast en log vast in op LessonUp.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

1e lesuur:

Slide 5 - Slide

2e lesuur:

Slide 6 - Slide

enz.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 9 - Slide

Pauze
timer
15:00

Slide 10 - Slide

3e lesuur: Aan de slag!
timer
30:00

Slide 11 - Slide

4e lesuur:

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 14 - Slide

Pauze
timer
20:00

Slide 15 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 16 - Slide

5e lesuur:

Slide 17 - Slide

leerdoel
3.1.1 Je kunt de kenmerken noemen van dieren, planten, schimmels en bacteriën.
3.1.2 Je weet wanneer organismen tot dezelfde soort behoren.

Biologen delen organismen in groepen in. Dat doen ze om overzicht te krijgen. Ze kijken naar de kenmerken van organismen.

Slide 18 - Slide

Groepen maken
In afbeelding 1 zie je acht verschillende dieren. Deze dieren kun je in groepen verdelen. Dat kan op verschillende manieren. Je kunt kijken naar de kleur. Alle groene dieren komen dan bij elkaar in één groep. Je kunt ook kijken hoeveel poten het dier heeft, of wat voor huid.

 

De kleur is een kenmerk van het dier. Ook het aantal poten en de huidsoort zijn kenmerken. Als je organismen ordent, verdeel je ze in groepen. In elke groep komen organismen met hetzelfde kenmerk.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Wat is een kenmerk?

Slide 21 - Open question

Vier groepen
Biologen ordenen organismen in groepen. Je moet vier groepen kennen:
• dieren
• planten
• schimmels
• bacteriën
In afbeelding 2 zie je deze vier groepen.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Cellen van de vier groepen
Bij de indeling letten biologen op de kenmerken van cellen. Die kenmerken zijn voor elke groep verschillend. In afbeelding 4 zie je van elke groep een voorbeeld en een tekening van een cel. Bij de cel staan de kenmerken:
• Dieren hebben geen celwand.
• Planten hebben bladgroenkorrels.
• Schimmels hebben geen bladgroenkorrels, maar wel een celkern en celwand.
• Bacteriën hebben geen celkern.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Soorten
De groep dieren kun je verder indelen in kleinere groepen. Bijvoorbeeld insecten, vissen, vogels, enzovoort. De kleinste groep heet een soort. Een voorbeeld van een soort zijn honden.

In afbeelding 6 zie je twee honden: een labrador en een poedel. Deze honden kunnen zich met elkaar voortplanten. Ze krijgen dan jonge hondjes. Als die groot zijn, kunnen ze zich ook weer voortplanten.

Dieren van dezelfde soort kunnen zich samen voortplanten en hun jongen kunnen zich ook weer voortplanten. Daarom horen een labrador en een poedel bij dezelfde soort.
In afbeelding 7 staan soorten die zich niet samen kunnen voortplanten

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Wat is een soort?

Slide 29 - Open question

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 30 - Slide

6e lesuur:
Digitale geletterdheid

Slide 31 - Slide

Afsluiting

Slide 32 - Slide