What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woensdag 1 december
Goedemorgen!
Goed dat je er bent.
Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag.
Lever je mobiel in.
1 / 51
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
This lesson contains
51 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Goedemorgen!
Goed dat je er bent.
Meld je alvast even aan voor de LessonUp van vandaag.
Lever je mobiel in.
Slide 1 - Slide
jeugdjournaal.nl
Slide 2 - Link
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
1e lesuur:
8.45 - 9.30
Nederlands
Slide 6 - Slide
Aan de slag!
timer
30:00
Slide 7 - Slide
2e lesuur:
9.30 - 10.15
Economie
Slide 8 - Slide
Lesdoel
In deze paragraaf leer je hoe je de winst of het verlies van een winkelier kunt uitrekenen.
Slide 9 - Slide
Omzet
Omzet
= De verkoopopbrengst in een periode.
Verkoopopbrengst
=Ontvangen geld door de verkoop van producten.
Slide 10 - Slide
De stijging van omzet kun je uitdrukken in %:
nieuwe omzet - oude omzet = stijging in geld
stijging in geld : oude omzet x 100 = stijging in %
dus: nieuw - oud : oud x 100
Slide 11 - Slide
Inkoopwaarde
inkoopwaarde
= De inkoopprijs van de
verkochte
producten.
Let op: het gaat hier om de inkoopprijzen van de producten die VERKOCHT zijn (dus niet ingekocht).
Slide 12 - Slide
Voorbeeld inkoopwaarde
Sarah koopt 1 mei 2021 600 sieraden in die per stuk 6,50 kosten. Op 31 mei heeft ze nog 250 sieraden over.
Vraag 1: Hoeveel heeft ze verkocht in de maand mei?
600 - 250 = ...
Vraag 2: Wat is de inkoopwaarde in de maand mei?
6,50 x 350 = ...
Slide 13 - Slide
De
inkoopwaarde
druk je als volgt uit in procenten
van de omzet:
• deel de inkoopwaarde door de omzet;
• vermenigvuldig de uitkomst met 100.
dus zo: (
inkoopwaarde
: omzet) x 100 = % inkoopwaarde
Slide 14 - Slide
Brutowinst
Brutowinst
= Het
verschil
tussen de
omzet
en de
inkoopwaarde.
Slide 15 - Slide
De
brutowinst
druk je als volgt uit in procenten
van de omzet:
• deel de brutowinst door de omzet;
• vermenigvuldig de uitkomst met 100.
dus zo: (
brutowinst
: omzet) x 100 % brutowinst
Slide 16 - Slide
Nettowinst
Nettowinst
= Het bedrag dat overblijft als de bedrijfskosten zijn
afgetrokken van de brutowinst.
Slide 17 - Slide
De
nettowinst
druk je als volgt uit in procenten
van de omzet:
• deel de nettowinst door de omzet;
• vermenigvuldig de uitkomst met 100.
dus zo: (
nettowinst
: omzet) x 100 % nettowinst
Slide 18 - Slide
Bedrijfskosten
Bedrijfskosten
= Alles wat een bedrijf betaalt voor de productie van goederen en diensten.
(Huurkosten, personeelskosten, energiekosten, autokosten).
Berekening:
Bedrijfskosten : omzet x 100 =
Slide 19 - Slide
De
bedrijfskosten
druk je als volgt uit in procenten
van de omzet:
• deel de bedrijfskosten door de omzet;
• vermenigvuldig de uitkomst met 100.
dus zo: (
bedrijfskosten
: omzet) x 100 = % bedrijfskosten
Slide 20 - Slide
Verlies
Als de
kosten
meer
zijn dan de
opbrengst
, dan spreken we van een
verlies.
Slide 21 - Slide
Aan de slag!
timer
30:00
Slide 22 - Slide
Pauze
10.15 - 10.30
Slide 23 - Slide
3e lesuur:
10.30 - 11.15
Engels
Slide 24 - Slide
C: Celebrity surprise
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
How many paragraphs does 'Celebrity surprise' have?
Slide 27 - Slide
How many paragraphs
does 'Celebrity
surprise' have?
A
5
B
6
C
7
Slide 28 - Quiz
With the help of an
American talk show
Adele went undercover.
A
true
B
false
Slide 29 - Quiz
David did
everything Ellen
told him to do.
A
true
B
false
Slide 30 - Quiz
Katy was invited
to five birthdays
parties for her music video.
A
true
B
false
Slide 31 - Quiz
Aan de slag!
timer
30:00
Slide 32 - Slide
4e lesuur:
11.15 - 12.00
Aardrijkskunde
Slide 33 - Slide
Start
De eeuw van Azië
Slide 34 - Slide
Azië is het
grootste werelddeel
op aarde.
De landen die horen bij het Midden-Oosten, liggen officieel ook in Azië.
Het Midden-Oosten is namelijk een
gebied in Azië.
Slide 35 - Slide
Op de kaart zie je dat Rusland
voor een deel in Azië
ligt.
Het andere deel van Rusland ligt in
Europa.
Slide 36 - Slide
Aan de slag!
timer
30:00
Slide 37 - Slide
Pauze
12.00 - 12.20
Slide 38 - Slide
5e lesuur:
12.30 - 13.15
Biologie
Slide 39 - Slide
Het ademhalingsstelsel
Voor verbranding hebben de cellen van je lichaam
zuurstof
nodig.
Die zuurstof adem je in met
lucht
.
Als je inademt, stroomt lucht met zuurstof naar je
longen.
Slide 40 - Slide
De longen zijn
organen
van het ademhalingsstelsel.
Slide 41 - Slide
Slide 42 - Video
neusholte
mondholte
keelholte
strottenhoofd
luchtpijp
bronchie
long
longblaasjes
Slide 43 - Drag question
Meestal adem je door je neus. Dit noem je de
neusademhaling.
Slide 44 - Slide
Aan de slag!
timer
30:00
Slide 45 - Slide
14.00 - 14.30
SoVa/Burgerschap/LOB/Ontspanning
Slide 46 - Slide
Slide 47 - Slide
Slide 48 - Slide
Afsluiting
Slide 49 - Slide
5e en 6e lesuur:
12.40 - 14.30
Techniek De Diken
Slide 50 - Slide
Groep A
Rikky
Lisanne
John
Sharif
Kevin
Wick
Groep B
Ryan
Tim
Themoty
Ylonka
Joeri
Slide 51 - Slide
More lessons like this
Winst of verlies?
January 2019
- Lesson with
22 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
economie voor vmbo
leerjaar 3 hst 5 les 2
March 2020
- Lesson with
14 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
6.3 Hoe maak je winst?
December 2018
- Lesson with
28 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
6.3 Winst of verlies?
November 2018
- Lesson with
26 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
Omzet & winst
January 2019
- Lesson with
18 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
Economie voor vmbo
Paragraaf 4
November 2021
- Lesson with
13 slides
Mentorles
Voortgezet speciaal onderwijs
leerjaar 4 Economie Hst 3 les 1
September 2022
- Lesson with
10 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4
Commercieel H4 | Hoe bepaal je de prijs van artikelen? deel 1
August 2020
- Lesson with
19 slides
Economie & Ondernemen
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3