What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Par. 3.5 Buurtprofiel
H3 - Leefomgeving Stedelijke gebieden
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
H3 - Leefomgeving Stedelijke gebieden
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Startopdracht: wat weet je over Vinexwijken? (zoek zoveel mogelijk informatie op)
Slide 3 - Open question
www.cbs.nl
Slide 4 - Link
Nog behandelen : mix in Nederland
Vinexwijk
segregatie
sociaal economische klasse
Slide 5 - Slide
Par. 3.5 Het buurtprofiel
Je weet wat
de vier woningkenmerken
zijn en met welke termen je deze kunt omschrijven.
Je weet wat
de vijf bewonerskenmerken
zijn en met welke termen je deze kunt omschrijven.
Je begrijpt hoe kenmerken van woningen en bewoners
samenhangen
.
Slide 6 - Slide
Par 3.6 De woonomgeving
Je weet hoe je de veiligheid van een wijk en de openbare ruimte kunt beoordelen.
Je weet welke maatregelen een positief gevolg hebben voor de leefbaarheid in een wijk.
Je kunt maatregelen noemen waarmee het gemeentelijk bestuur de sociale cohesie in een wijk kan bevorderen.
Slide 7 - Slide
Startopdracht
Hoe ziet een buurtprofiel eruit?
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Open question
Welke wijken kennen vaak de minste leefbaarheid?
A
Flatwijken uit 1950-1970 en Vinexwijken
B
19e eeuwse arbeiderswijken en wijken uit de periode 1970-1980
C
19e eeuwse arbeiderswijken en flatwijken uit 1950-1970
D
Vinexwijken en binnenstad
Slide 10 - Quiz
Herstructurering heeft als voornaamste doel...
A
Een betere woonomgeving.
B
Inwoners uit een anders economische klasse aantrekken
C
Modernere/betere huizen voor de bewoners.
D
Meer ruimte voor parkeren in de voorheen nauwe straten
Slide 11 - Quiz
Segregatie is...
A
in Nederland vooral op basis van etniciteit
B
de sociale cohesie tussen bevolkingsgroepen
C
het onderling verbonden zijn van mensen
D
het gescheiden leven van bevolkingsgroepen
Slide 12 - Quiz
Wat is gentrification?
A
Het proces waarbij verschillende mensen meer gaan samenwerken
B
Het proces als gevolg waarvan een wijk een hoger verzorgingsniveau krijgt
C
Het proces waarbij mensen met een hoger inkomen in een armere wijk komen wonen
D
Een proces als gevolg waarvan uiteindelijk woningen worden gesloopt
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Slide
§ 3.5 Uit welke drie onderdelen bestaat een buurtprofiel?
Slide 15 - Open question
Presentatie § 3.5
Slide 16 - Slide
Kwaliteit woningvoorraad
Aan woningen is te zien in welke tijd ze gebouwd werden en hoe de leefomstandigheden op dat moment waren.
Eind 19e eeuw: industrialisatie en urbanisatie, goedkope huurwoningen voor arbeiders. Slechte leefomstandigheden -> 1901 woningwet;
Na WOII: woningnood, goede kleine eengezinswoningen;
Woningnood blijft aan: portiekflats met plantsoenen en parkeerplaatsen;
Jaren '70: galerijflats, ruime flats, veel voorzieningen en openbaar groen;
Na 1980: stadsvernieuwing + nieuwbouwwijken middeninkomens;
Na 1985: aantrekkelijke stad -> nieuwe dure huizen.
Slide 17 - Slide
Woningkenmerken/bewonerskenmerken
Oudere, goedkopere, slecht onderhouden huurwoningen
(flatwijken, vooroorlogse wijken) ->
arme mensen
(niet-westerse allochtonen, alleenstaande ouders, ouderen)
duurdere, goed onderhouden koopwoningen
(jaren '30, vinex, monumentale stadswoningen ->
hoger inkomen
(gezinnen met kinderen en autochtonen)
Slide 18 - Slide
19e -eeuwse arbeiderswijk
Vroeger arm, nu populair onder relatief jonge (rijke) mensen met 1 of 2 kinderen
Slide 19 - Slide
Woningkenmerken?
Bewonerskenmerken?
Slide 20 - Slide
Woningkenmerken?
±1910, woningbouwcorporatie, etagewoningen, goed onderhouden.
Bewonerskenmerken?
Kleine huishoudens, veel allochtonen, laag inkomen, veel alleenstaanden.
Slide 21 - Slide
Woningkenmerken?
Bewonerskenmerken?
Slide 22 - Slide
Woningkenmerken?
Jaren '60/'70, corporatie, galerijflat, vaak redelijk goed onderhouden.
Bewonerskenmerken?
Ruime flats: grotere huishoudens met kinderen, veel allochtonen, laag-midden inkomen.
Slide 23 - Slide
Woningkenmerken?
Bewonerskenmerken?
Slide 24 - Slide
Woningkenmerken?
Na 1990, koop en ± 30% sociale huur, rijtjes / appartementen, vrijstaand, goed onderhouden, want nieuw.
Bewonerskenmerken?
Gemiddeld grotere huishoudens, hogere inkomens, autochtonen, gezinnen met kinderen.
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Wat is geen woningkenmerk?
A
Type woning
B
Percentage eenpersoonshuishoudens
C
Onderhoudsniveau
D
Eigendom
Slide 27 - Quiz
Welke drie in de opsomming zijn bewonerskenmerken?
A
Ouderdom van de woning, gezinsfase, hoogte van het inkomen.
B
Leeftijd, woningtype, grootte van het huishouden.
C
Hoogte van het inkomen, etniciteit, staat van onderhoud
D
Gezinsfase, opleidingsniveau, grootte van het huishouden
Slide 28 - Quiz
Wat kan een gemeente met de informatie uit een buurtprofiel?
Slide 29 - Open question
Wat is de samenhang tussen woning- en bewonerskenmerken?
Slide 30 - Open question
Welke aanpassingen zou jij maken in je eigen buurt?
Slide 31 - Mind map
More lessons like this
Par. 3.5 Buurtprofiel
March 2021
- Lesson with
20 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.5 Buurtprofiel
May 2019
- Lesson with
16 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
Par. 4.5 Buurtprofiel
March 2021
- Lesson with
21 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
3.5 Het buurtprofiel
March 2023
- Lesson with
19 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Les 4 - periode 3 (H3)
March 2021
- Lesson with
35 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 AK 4.5
March 2020
- Lesson with
16 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4.5 Buurtprofiel
March 2024
- Lesson with
22 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
4.5 het buurtprofiel
April 2023
- Lesson with
20 slides
Aardrijkskunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4