Klas 2H - Chapitre 2 - G

Aujourd'hui
  • Vocabulaire F
  • Bespreken: t/m ex. 26
  • Phrases-Clés G:
       Parler de sa maison
       - Faire: ex. 27, 28, 29, interview

Les buts: 
- je kunt praten over je huis en je kamer
- je kent woorden die te maken hebben met wonen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Aujourd'hui
  • Vocabulaire F
  • Bespreken: t/m ex. 26
  • Phrases-Clés G:
       Parler de sa maison
       - Faire: ex. 27, 28, 29, interview

Les buts: 
- je kunt praten over je huis en je kamer
- je kent woorden die te maken hebben met wonen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

le jardin
le garage
la salle de bains
la cuisine
le salon
la chambre
on prend une douche
on prépare le dîner
on passe la soirée
tu vas dormir
il y a la voiture et le vélo
il y a des plantes et parfois une piscine

Slide 3 - Drag question

exercice 23 page 23
Nakijken t/m 26

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Phrases-Clés - Parler de sa maison

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Dans ma chambre, il y a ...

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Phrases-Clés - Parler de sa maison
Fais une présentation sur ta maison et ta chambre
Vertel minimaal 6 dingen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

présente ta maison
Présente ta maison et ta chambre en 6 phrases (minimum!)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Dessine ta chambre
Teken je kamer!
Noteer zoveel mogelijk Franse woorden die je terug kunt vinden in jouw kamer (minimaal 6).
Gebruik de volgende woorden om de plek aan te geven:
à gauche / à droite / au milieu / sur / sous / dans

timer
5:00

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Interview
Je houdt een interview voor een woonmagazine. Je wilt weten:
- naam, leeftijd, woonplaats
- broers/zussen
- huisdieren
- woont in een huis/appartement/...
- mening over slaapkamer
- of hij / zij vaak in de slaapkamer is.
Welke vragen stel je?
Welke antwoorden zou je zelf geven?
Tip!
Gebruik de phrases-clés C & G

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Prépositions de lieu (voorzetsels van plaats)

Slide 11 - Slide

This item has no instructions