Medicatiebewaking CI/int/MFB BBL P6 BOL P10

Wat is een contra-indicatie?
A
Een wisselwerking tussen 2 middelen
B
Een ongewenste werking
C
De reden voor gebruik
D
Een reden om een medicijn niet te gebruiken.
1 / 13
next
Slide 1: Quiz
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Wat is een contra-indicatie?
A
Een wisselwerking tussen 2 middelen
B
Een ongewenste werking
C
De reden voor gebruik
D
Een reden om een medicijn niet te gebruiken.

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen contra indicatie
A
Verstopte neus bij xylometazoline
B
Oxycodon bij zwangerschap
C
Metoprolol bij topsporter
D
Diuretica bij jicht

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

NSAID's bij ASTMA is een ....
A
afgeleide contra indicatie
B
relatieve contra indicatie
C
absolute contra indicatie
D
algemene indicatie

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Een interactie is:
A
Een aandoening waarbij een gnm niet mag worden gebruikt.
B
Een overgevoeligheid voor een gnm.
C
Een ongewenste werking bij gebruik van 2 of meer gnm .
D
Een ongewenste werking bij een gnm.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Interactie
Contra-indicatie
Indicatie
Maagklachten bij NSAID's
verminderde ijzer opname bij kalktablet
te veel maagzuur en gebruik van omeprazol
Alcoholgebruik en sedativa
Prednisolon oogdruppels bij glaucoom

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Wat is een bijwerking van anxiolytica
A
Wisseling in bloedsuiker
B
maag- darmklachten
C
sufheid
D
hoge bloeddruk

Slide 6 - Quiz

Anxiolytica
Onderdrukken de angst
Bijwerkingen zijn sufheid of slaperigheid
Kalmering/angst onderdrukken = 1-3x daag
Langzaam afbouwen, anders terugkeer oorspronkelijke klachten in versterkte mate



Wat is een bijwerking?
A
een onbedoelde effect van een geneesmiddel
B
Werking van met geneesmiddel waarvoor het bedoeld is.
C
een wisselwerking met andere geneesmiddelen
D
een reden waarvoor je een geneesmiddel zou moeten gebruiken

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Waarom hebben NSAIDS als bijwerking maagklachten?
A
Omdat de prostaglandine aanmaak geremd wordt
B
Omdat er meer prostaglandine vrij komt.
C
Omdat het maagzuur zuurder wordt.
D
Omdat het geneesmiddel de maag irriteert.

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Het belangrijke bij een niet vermelde bijwerking is...
A
invoeren in AIS bij intolerantie
B
Melden bij apotheker en Lareb.
C
Meteen stoppen met gnm
D
Dosering aanpassen.

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Diclofenac zetpillen .
Stelling:
1- hebben geen invloed op de maag omdat het de maag niet passeert.
2- Kan je geven als de patiënt braakt.


A
Stelling 1 en 2 zijn waar
B
Stelling 1 is waar
C
Stelling 2 is waar
D
Stelling 1 en 2 zijn niet waar

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Klachten bij antibiotica gebruik....
1-Huiduitslag
2- Maag/darm klachten
A
1 en 2 zijn bijwerkingen
B
1 en 2 zijn intoleranties
C
1 -is een intolerantie 2 -is een bijwerking
D
1- is een bijwerking 2- is een intolerantie

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Een bekende MFB is....
A
lage bloeddruk bij bètablokkers
B
Anticonceptie gebruik bij vrouwen > 52 jaar
C
ORS gebruiken bij opiaten
D
Vitamine D adviseren bij een patiënt met donkere huidskleur.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het advies bij het gebruik van hydrocortison crème?
A
Kuur afmaken, tot de tube leeg is.
B
Ruim aanbrengen rond de aangedane plekken
C
Nadat de klachten verdwenen zijn nog 2 weken doorgebruiken en dan afbouwen
D
Gebruiken volgens afbouwschema en afwisselen met indifferente crème

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions