De stedelijke samenleving 1/2
Alle burgers van een stad vielen onder het stadsrecht. De volgende inwoners hoorden niet tot de
burgerij: vrouwen, arbeiders, los werkvolk en bedelaars, geestelijken en joden.
Het stadsbestuur bestond vaak uit leden van enkele koopmansfamilies. Ze zaten in de stadsraad van schepenen en bestuurden vanuit het raadhuis.
Naast deze stadsraad was er in Nederlandse steden een vroedschap. Vanaf de 13e eeuw werden in veel steden burgemeesters benoemd als leiders van het dagelijks bestuur.
De stadsraden hadden veel taken: belastingen, lieten openbare bouwwerken maken.