poster 16

woorden
onderscheid maken
tenzij
evenmin
opgave
vermelden
indien
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

woorden
onderscheid maken
tenzij
evenmin
opgave
vermelden
indien

Slide 1 - Slide

onderscheid maken = verschil maken
Mijn moeder wil geen onderscheid maken tussen mijn broertje en mij. We moeten allebei even laat naar bed.

Vroeger werd er veel vaker onderscheid gemaakt tussen mannen en vrouwen.

Slide 2 - Slide

tenzij = behalve als
Laura loopt altijd naar school, tenzij het regent. Dan brengt haar moeder haar met de auto.

De juf zegt: "We hebben geen tijd meer om buiten te spelen, tenzij jullie nu heel snel je sommen afmaken."

Slide 3 - Slide

evenmin = ook niet
Na de vakantie heb ik geen zin om naar school te gaan en mijn zus evenmin.

Amsterdam is geen klein dorp en Utrecht evenmin. Het zijn allebei grote steden.

Slide 4 - Slide

de opgave = iets wat je moet doen
Tom krijgt van zijn vader de opgave om de auto te wassen.

We moeten vandaag drie opgaven maken bij de wiskundeles.

Slide 5 - Slide

vermelden = iets opschrijven of zeggen
Het briefje vermeldt dat Daan niet mee kan doen aan de gymles, omdat hij een zere voet heeft.

Als je op een formulier je leeftijd moet vermelden, dan moet je opschrijven hoe oud je bent.

Slide 6 - Slide

indien = als
De voetbalwedstrijd is buiten. Indien het regent vindt de wedstrijd in de sporthal plaats.

Indien u niet naar de ouderavond kunt komen, moet u even bellen.

Slide 7 - Slide

Bij gym maakt de meester ............ tussen grote en kleinere kinderen.
A
onderhoud
B
keuzes
C
vergelijking
D
onderscheid

Slide 8 - Quiz

We gaan elke dag een half uur wandelen, .......... het regent.
A
omdat
B
wanneer
C
tenzij
D
alleen als

Slide 9 - Quiz

Nour heeft geen hekel aan afwassen en Lyla ............
A
evenveel
B
evenmin
C
wel
D
minder

Slide 10 - Quiz

We kregen van de juf een moeilijke ............ bij aardrijkskunde.
A
opgave
B
oplossing
C
probleem
D
tekening

Slide 11 - Quiz

Het briefje .............. dat de snoepautomaat niet meer werkt.
A
schrijft
B
vermeldt
C
betekent
D
beslist

Slide 12 - Quiz

Ali mag buiten spelen, .......... hij zijn kamer opruimt.
A
omdat
B
tijdens
C
voordat
D
indien

Slide 13 - Quiz

Welke woorden heb je
vandaag geleerd?

Slide 14 - Mind map