oefen met de lesstof voortplanting bs 1 t/m 3 mavo 3 2023-2024

Planning
Herhaling BS 1 tm 3
Leerdoel
Oefenen
Check leerdoelen ( wat beheers je al en wat nog niet)
Vooruitblik
Afsluiten
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Planning
Herhaling BS 1 tm 3
Leerdoel
Oefenen
Check leerdoelen ( wat beheers je al en wat nog niet)
Vooruitblik
Afsluiten

Slide 1 - Slide

Succes met het maken van de diagnostische quiz!

Slide 2 - Slide

Drie functies van het voortplantingstelsel van de man zijn:
1. productie van zaadcellen
2. opslag van zaadcellen
3. productie van testosteron

Welke van de functies wordt of worden uitgeoefend door de bijballen?
A
Functie 1
B
Functie 2
C
Functie 1 en 2
D
Functie 1,2 en 3

Slide 3 - Quiz

Met welk nummer is het deel aangegeven dat de penis in erectie brengt?
A
nummer 2
B
nummer 3
C
nummer 5
D
nummer 6

Slide 4 - Quiz

Welke van de genummerde organen produceren een bestanddeel van sperma?
A
Alleen de organen 2 en 3
B
Alleen de organen 2 en 6
C
alleen de organen 6 en 7
D
de organen 2,3 en7

Slide 5 - Quiz

Ankie zegt dat de temperatuur in de buikholte iets lager is dan in de teelballen.
Najib zegt dat de voorhuid de huidplooi is, waarin teelballen en bijballen liggen.
Wie heeft (hebben) gelijk?
A
Alleen Ankie heeft gelijk
B
Alleen Najib heeft gelijk
C
Allebei gelijk
D
Geen van beiden gelijk

Slide 6 - Quiz

Door welke van de buizen P,Q en R vindt zowel afvoer van zaadcellen als afvoer van urine plaats?
A
alleen door buis P
B
alleen door buis R
C
Door de buizen P en R
D
Door de buizen P,Q en R

Slide 7 - Quiz

In welk van de genummerde organen komen zaadcellen bij de geslachtsgemeenschap het eerste terecht?
A
orgaan 1
B
orgaan 2
C
orgaan 3
D
orgaan 4

Slide 8 - Quiz

Wat is de functie van deel P.
(bovenste)
A
In dit deel vindt bevruchting plaats
B
In dit deel vindt ontwikkeling van eicellen plaats
C
In dit deel vindt ontwikkeling van een embryo plaats

Slide 9 - Quiz

Twee leerlingen doen een uitspraak over de functie van deel Q.

Bridget zet dat deel Q vaginaal vocht produceert.
Raoul zegt dat deel Q prikkels opvangt die kunnen leiden tot een orgasme.
A
Alleen Bridget heeft gelijk
B
Alleen Raoul heeft gelijk
C
Beide hebben gelijk.

Slide 10 - Quiz

In welk deel van het voortplantingsstelsel van een vrouw bevindt zich het maagdenvlies?
A
In de baarmoeder
B
Iin de grote schaamlippen
C
In de vagina.

Slide 11 - Quiz

Eicellen kunnen zich bewegen met een zweepstaart?
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Van welk type geslachtcellen worden er het meest geproduceerd?
A
zaadcellen
B
eicellen

Slide 13 - Quiz

Primaire geslachtskenmerken ontstaan in de puberteit?
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Een voorbeeld van een primair geslachtskenmerk bij een jongen is een lage stem?
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Secundaire geslachtskenmerken bij meisjes ontstaan onder invloed van oestrogenen.
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quiz

Een voorbeeld van een secundaire geslachtskenmerk bij een meisje is het maagdenvlies.
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

In de afbeelding is een secundair geslachtskenmerk van een man te zien.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Welk(e) van deze delen verlaat (verlaten) het lichaam van een vrouw tijdens een menstruatie?

A
de bovenste laag van het baarmoederslijmvlies
B
een eicel die niet is bevrucht
C
een geel lichaam
D
alle 3 de antwoorden zijn goed.

Slide 19 - Quiz

In welke volgorde komen deze fasen van een rijpende follikel voor in de eierstok?
A
1-2-3-5-4
B
1-3-2-5-4
C
1-4-5-2-3
D
1-5-4-3-2

Slide 20 - Quiz

In welke periode vindt menstruatie plaats?
A
In periode P
B
In periode Q
C
In periode R
D
In periode S

Slide 21 - Quiz

In welke periode produceren cellen van rijpende follikels geslachtshormonen?
A
In periode P
B
In periode Q
C
In periode R
D
In periode S

Slide 22 - Quiz

In welke periode produceert het gele lichaam geslachtshormonen?
A
In periode P
B
In periode Q
C
In periode R
D
In periode S

Slide 23 - Quiz

Waarvoor dient de opbouw van het baarmoederslijmvlies?
A
Om bevruchting mogelijk te maken
B
Om innesteling mogelijk te maken
C
Om menstruatie mogelijk te maken

Slide 24 - Quiz

In welke periode vindt waarschijnlijk ovulatie plaats?
A
In de periode van dag 1 tot dag 3
B
In de periode van dag 13 tot dag 15
C
In de periode van dag 26 tot dag 28

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide

Test jezelf
Open je digitale boek



Maak nu de test jezelf van BS 
1 t/m 3

Slide 27 - Slide

Filmpjes kijken 
Het voortplantingsstelsel van een man

Slide 28 - Slide