schrijf over de dieren in de dierentuin

Willkommen im Deutschunterricht

Ga rustig zitten -plattegrond
Pak je laptop, klep dicht
pak een pen

Donnerstag, der 23. Januar

1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Willkommen im Deutschunterricht

Ga rustig zitten -plattegrond
Pak je laptop, klep dicht
pak een pen

Donnerstag, der 23. Januar

Slide 1 - Slide

Zurückblick
Was weißt du noch?

Slide 2 - Slide

het zwakke werkwoord feESTTENTEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
stam + en
stam + t
stam + e
stam + st
stam + t
stam + en

Slide 3 - Drag question

 haben
habt
haben
ich
du
er - sie - es
wir
ihr
sie - Sie
habe
hast
hat
haben
habst
habben

Slide 4 - Drag question

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind
 sein
 sein

Slide 5 - Drag question

Welches Tier aus dem Zoo kennst du?

Slide 6 - Mind map

Lesdoel
Aan het einde van de les:
  • kun je een korte tekst in het Duits schrijven over een dier in de dierentuin.
  • kun je een Duitse tekst op spelling en grammatica controleren.


Slide 7 - Slide

Video Zoo Köln
  • Maak tijdens het kijken een lijst van 8 dieren die je daar kunt bewonderen.
  • Noteer ze in het Nederlands.
  • Schrijf ook de Duitse naam op als je deze hoort of al weet.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Wörterbuch
Weet je de vertaling in het Duits niet van het het dier?
Zoek het op in het woordenboek!
timer
3:00

Slide 10 - Slide

Welche Tiere gibt es?
de olifant- der Elefant                                neushoorn - das Nashorn                                      
de pinguin - der Pinguin                           luipaard - das Leopard
het zebra - das Zebra                                 ezel - der Esel
de giraf - die Giraffe
 de geit - die Ziege
het varken - das Schwein
de flamingo - der Flamingo


Slide 11 - Slide

opbouw tekst
  • Welk dier beschrijf je? 
  • Kenmerken: Hoe ziet het dier eruit? 
  • Leefomgeving: Waar leeft het dier in de natuur? (land, omgeving)
  • Bijzonderheden: Wat maakt dit dier speciaal voor jou?


Slide 12 - Slide

Voorbeeld
Mein lieblingstier im zoo ist der Elefant.  
elefanten sind sehr groß und haben eine dicke, graue Haut.  
Sie leben in der Natur in afrika und asien.  
Im Zoo haben sie ein großes Gehege mit viel Platz.  
Ich finde Elefanten toll, weil sie so stark und intelligent sind.  



Slide 13 - Slide

nuttige woorden en zinnen
das Tier, der Zoo, groß, klein, gefährlich, freundlich, das Fell, die Haut, fressen, trinken, streicheln, lieben, 
Nuttige zinnen:
Mein Lieblingstier im Zoo ist …
Es hat … und ist …
Es lebt in …
Ich finde es …, weil …

Slide 14 - Slide

Nu jij!
  • Schrijf 6-8 zinnen over je gekozen dier uit de dierentuin.
  • Als je klaar bent wissel je de opdracht met je buurman/vrouw
  • Controleer zijn/haar werk op en schrijf de feedback op:
  1. hoofdletters: begin van de zin en zelfstandige naamwoorden
  2. zijn de werkwoorden goed geschreven?
  3. lopen de zinnen goed?
timer
15:00

Slide 15 - Slide

bespreken
Wie wil zijn tekst vrijwillig voorlezen?

Wat ging goed?
Wat kan beter?

Slide 16 - Slide

Afsluiting
Wat heb je geleerd vandaag?
Is het lesdoel bereikt?

Slide 17 - Slide