De lijnen zijn isobaren, deze verbinden plekken met dezelfde luchtdruk
Slide 17 - Slide
Luchtdruk en het weer
De luchtdruk is een goede graadmeter voor het weer mogelijke neerslag.
Bij een hoge luchtdruk is het vaker goed
weer en bij een lage luchtdruk is het vaker
slecht weer.
Slide 18 - Slide
Luchtdruk en regen
Hoewel niets zo veranderlijk is als het weer, zou je kunnen zeggen dat een lagere druk een grotere kans op regen. Hier een vuistregel (die je niet uit je hoofd hoeft te weten):
990 hPa = 80% kans op regen
1000 hPa = 70% kans op regen
1010 hPa = 40% kans op regen
1020hPa = 20% kans op regen
1030 hPa = 10% kans op regen
Slide 19 - Slide
Barometer
Druk meet je normaal met een manometer
Een manometer voor luchtdruk heet een barometer
Gemiddelde druk op zeeniveau 1013 hPa
Luchtdruk op zeeniveau kan gemeten worden tussen tussen de 970 en 1050 hPa
Slide 20 - Slide
Barograaf
Een barometer die een grafisch verloop van de luchtdruk laat zien heet een barograaf
Slide 21 - Slide
Werking barometer
In het witte metalen doosje is een erg lage luchtdruk
Het doosje wordt door luchtdruk meer of minder ingedrukt
Door de verbinding aan het tandwiel, verplaatst de meter zich
Slide 22 - Slide
Zijaanzicht luchtdruk
Slide 23 - Slide
0
Slide 24 - Video
Punten met een gelijke luchtdruk heten:
A
Isobaren
B
Isothermen
C
Isotopen
D
Isogonen
Slide 25 - Quiz
Bij een hogedrukgebied is er vaak sprake van
A
Nat en koud weer
B
Stabiel en nat weer
C
Nat en warm weer
D
Stabiel en droog weer
Slide 26 - Quiz
Wind waait altijd van:
A
Hoge druk naar lage druk
B
Lage druk naar hoge druk
Slide 27 - Quiz
Leerdoelen bereikt?
Ik kan luchtdruk omrekenen naar verschillende eenheden
Ik weet hoe luchtdruk gemeten kan worden
Ik weet wat drukgebieden zijn en welke invloed zij hebben
Slide 28 - Slide
Huiswerk
Doornemen: LessonUp en maken vragen. LET OP: de LessonUps tellen uiteindelijk mee als SO-cijfer!
Verder met het weerstation bouwen/meten
Voor het verslag: de onderzoeksvragen van 6.2 alvast beantwoorden