behandelen vragen Socrative

behandelen vragen Socrative
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

behandelen vragen Socrative

Slide 1 - Slide

Binnen het stadion zijn de voetbalclubs verantwoordelijk voor de kosten, maar buiten het stadion is het openbaar gebied en daarvoor is in principe de overheid verantwoordelijk.
A
Feitelijk
B
Waarderend

Slide 2 - Quiz

Soorten argumenten (blz. 127)
  • feiten
  • onderzoek
  • ervaring (empirisch argument)
  • gevoel of emotie 
  • geloof (persoonlijke overtuiging)
  • normen en waarden
  • vermoedens

Slide 3 - Slide

Tekst
Tekst
Feit
vermoedens
autoriteit
Tekst
Normen en waarden
Iemand die steelt van zijn baas moet een taakstaf krijgen. Je gaat toch niet stelen als je vindt dat je te weinig verdient.
Ajax wordt volgens mij dit jaar geen kampioen. Ik kan me niet voorstellen dat dat met deze keeper mogelijk is.
De nieuwe roman van Tommy Wieringa is een grootse roman die knettert van ambitie volgens de recensent van de Volkskrant.
De iPhone 12 kan je het beste bij Tele2 kopen daar is hij volgens IphoneDeals het goedkoopst.

Slide 4 - Drag question

Argumentatieschema's (blz. 127-128)
Argumentatie op basis van…
  • ...oorzaak en gevolg;
  • ...voor- en nadelen;
  • ...kenmerk of eigenschap;
  • ...autoriteit;
  • ...een vergelijking;
  • ...een voorbeeld.

Slide 5 - Slide

Bepaal: standpunt - argument- argumentatieschema
Het zal mij verbazen als dit jaar de carnavalsoptocht in Den Bosch doorgaat. Er wordt namelijk een erg harde wind voorspeld.

Slide 6 - Slide

Bepaal: standpunt - argument- argumentatieschema
S: Het zal mij verbazen als dit jaar de carnavalsoptocht in Den Bosch doorgaat. A.: Er wordt namelijk een erg harde wind voorspeld.
--> Argumentatieschema: oorzaak-gevolg

Slide 7 - Slide

Bij een argumentatie op basis van een voorbeeld is een incidenteel voorbeeld minder overtuigend.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Bij een argumentatie op basis van oorzaak-gevolg gebruik je een verwachting als argument voor je standpunt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Standpunt: De Nederlandse wetgeving moet worden aangepast om duurzame energievoorziening mogelijk te maken.
Argument: Steeds meer energie wordt namelijk decentraal opgewekt door burgers, terwijl de wettelijke structuur nog is ingericht op centrale energie, die van een grote centrale naar huizen wordt gestuurd.
Dit is een argumentatieschema op basis van een ...?
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
voor- en nadelen
D
kenmerk of eigenschap

Slide 10 - Quiz

Subargument bij voorgaande argumentatie:
Wie energie weer terug laat vloeien in het stroomnet, betaalt nu dubbele belasting
Welk soort argumentatieschema is dit?
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
voor-en nadelen
D
kenmerk of eigenschap

Slide 11 - Quiz

Argument bij voorgaande argumentatie:
Het systeem is ook niet flexibel genoeg. Zo kun je nu niet kiezen voor een (groene) stroomleverancier bij het opladen van een auto.
Welk soort argumentatieschema is dit?
A
voorbeeld
B
oorzaak-gevolg
C
voor- en nadelen
D
kenmerk of eigenschap

Slide 12 - Quiz

Martha is een goede schrijfster, want ze weet haar lezers altijd te boeien met haar blogposts.
Welk soort argumentatieschema is dit?
Een argumentatieschema op basis van ...

A
autoriteit
B
kenmerk/eigenschap.
C
vergelijking
D
oorzaak-gevolg

Slide 13 - Quiz

Vul de uitspraak aan met een van de 4 mogelijkheden:
Wanneer de geleverde argumenten samen een standpunt aanvaardbaar maken, is een argumentatie ...
blz. 129
A
relevant
B
consistent
C
toereikend
D
betrouwbaar

Slide 14 - Quiz

10.4 aanvaardbaarheid van de argumentatie
  • relevantie van elk argument
  • consistentie van de gehele argumentatie
  • toereikendheid van de gehele argumentatie
  • betrouwbaarheid van de bron

Slide 15 - Slide

Overgewicht wordt vooral veroorzaakt door te weinig beweging .Wij verkopen daarom in de kantine alleen nog maar gezonde voeding.
Dit is een argumentatie op basis van het schema:
A
kenmerk of eigenschap
B
oorzaak-gevolg
C
vergelijking
D
autoriteit

Slide 16 - Quiz

Zorgen voor een zieke, gehandicapte of oudere in de omgeving is een mooie en nuttige taak, maar kan ook ingrijpend zijn en veel van iemand vragen.
Het is vaak lastig meteen te overzien wat er allemaal bij de verzorging komt kijken. Het feit dat ik veel voor een ander kan betekenen, gaf bij mij toch de doorslag.
Dit is een argumentatie op basis van het argumentatieschema:
A
kenmerk of eigenschap
B
vergelijking
C
voor- en nadelen
D
voorbeeld

Slide 17 - Quiz

10.5 argumentatiestructuur (130-132)

Enkelvoudig
Zij moet de opvolgster worden van onze coach.

Want zij heeft al veel ervaring.

Slide 18 - Slide

meervoudige argumentatie
onderschikkende argumentatie
nevenschikkende argumentatie: afhankelijk/onafhankelijk

Slide 19 - Slide

Onderschikkende argumentatie / ketenargumentatie
Zij is de juiste persoon voor die baan van boekverkoopster.

Zij heeft ruime ervaring in die branche.

Ze heeft namelijk al twee jaar bij een Libris boekhandel gewerkt

Slide 20 - Slide

onafhankelijk nevenschikkende argumentatie
Zij moet de opvolgster worden van onze coach.
↑                                                      ↑                                        ↑
Want zij heeft        Zij heeft een positieve    Bovendien willen
al veel ervaring               uitstraling                   we een vrouwelijke
                                                                                                coach.

Slide 21 - Slide

een afhankelijke nevenschikkende argumentatie
Je moet minder patat en frikandellen eten.
                                                                       ↑
Dit kost je veel geld in de week. —↑— Je komt niet uit met je                                                                                          zakgeld.

Slide 22 - Slide

Drogredenen (133-134)
  • Overtreden van een argumentatieschema
  • Overtreden van een discussieregel 


  • Leer de regels goed. 

Slide 23 - Slide

Drogreden op basis van onjuist gebruik van de argumentatieregels: (blz. 133-134)
  • onjuist beroep op oorzaak-gevolg
  • onjuist beroep op een kenmerk 
  • onjuist beroep op voor- en nadelen
  • onjuist beroep op voorbeeld (=overhaaste generalisatie)
  • onjuist beroep op vergelijking
  •  onjuist beroep op autoriteit
  • onjuist beroep op traditie

Slide 24 - Slide

Drogredenen op basis van overtreding van de discussieregels (blz. 134)
  • persoonlijke aanval
  • ontduiken van de bewijslast
  • vertekenen van een standpunt (de ander woorden in de mond leggen)
  • bespelen van het publiek
  • cirkelredenering

Slide 25 - Slide

Van welke drogreden is hier sprake:

Orgaanhandel tussen levende mensen moet worden gelegaliseerd. Daardoor kun je flink verdienen aan organen die je toch niet nodig hebt
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
overdrijven van voor- en nadelen
C
onjuiste vergelijking
D
onjuist gebruik van voorbeeld

Slide 26 - Quiz

Van welke drogreden is hier sprake:

Opgroeien in de stad is beter dan op het platteland, want in een stad kun je tenminste spelen met rommel op straat.
A
overdrijven van voor- en nadelen
B
onjuist gebruik van voorbeeld
C
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
D
onjuist gebruik van kenmerken

Slide 27 - Quiz

Welke drogreden is gebruikt?

Er is in Nederland te weinig aandacht voor creatieve en kunstzinnige ontwikkeling bij jongeren. Dat is jammer, want met kunst kunnen veel problemen in de wereld worden opgelost.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
onjuist gebruik van kenmerken
C
overhaaste generalisatie
D
overdrijven van voor- en nadelen

Slide 28 - Quiz

Welke drogreden is gebruikt?

Het land zou gebaat zijn bij het verwijderen van alle videocamera's uit het parlement. Sinds we alles op tv kunnen volgen, handelen te veel politici niet meer in het landsbelang.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
overdrijven van voor- en nadelen onjuist gebruik van kenmerken
C
onjuiste vergelijking
D
overhaaste generalisatie

Slide 29 - Quiz

Welke drogreden is gebruikt?

De overheid moet volgens de directeur van Shell stoppen met het subsidiëren van topsport.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
onjuist gebruik van kenmerken
C
onjuiste autoriteit
D
onjuiste vergelijking

Slide 30 - Quiz

Welke drogreden is gebruikt?

De stemmen van bejaarde kiezers moeten minder zwaar wegen, want zij zijn toch allemaal dement.
A
onjuist gebruik van kenmerken
B
overhaaste generalisatie
C
overdrijven van voor- en nadelen
D
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

Slide 31 - Quiz

Welke drogreden is gebruikt?

Nederlandse studenten missen ambitie, want ze willen graag zo lang mogelijk thuis blijven wonen.
A
overhaaste generalisatie
B
onjuiste vergelijking
C
overdrijven van voor- en nadelen
D
onjuist gebruik van kenmerken

Slide 32 - Quiz