1.1 en 1.2: Methodisch werken/Signaleren en observeren

Dienstverlenende werkzaamheden
Methodisch werken 
1 / 37
next
Slide 1: Slide
VaktheorieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quiz, text slides and 6 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dienstverlenende werkzaamheden
Methodisch werken 

Slide 1 - Slide

methodisch werken

Slide 2 - Slide

Doel
Na de les weet je wat methodisch werken is. 
Je weet welke 4 stappen er nodig zijn.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

wat voor plan hoort hierbij?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Video

1.2 Kenmerken methodisch werken
Doelgericht- vooruitdenken/ achteraf terugkijken
Planmatig- logische volgorde
Procesmatig- werk volgens een stappenplan
Bewust- wat doe ik?/ waarom doe ik het?/ voor wie doe ik het?

Slide 7 - Slide

1.3 Methodische stappenplan

Slide 8 - Slide

Voorbereiden
Voor wie is het?
Wat is het doel?
wat zijn de wensen en behoeften?



Slide 9 - Slide

1.4 Plan van aanpak maken
  1. wie zijn erbij?
  2. wat wil ik bereiken?
  3. wat moet er gebeuren
  4. welke manier van werken kies ik?
  5. waar moet het gebeuren?
  6. wanneer moet het gebeuren?




Slide 10 - Slide

Uitvoeren
taken/ werk afstemmen met collega's.
opruimen/ nazorg

1.5 werkzaamheden bijstellen.
tijdsplanning

Slide 11 - Slide

Evalueren/ reflecteren
  1. wat ging (niet) goed?
  2. waarom (niet) goed?
  3. wat de volgende keer anders doen?
  4. hoe werk ik? Hoe voel ik mijzelf?


Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Verwerking
Bespreek/ verwerk de opdrachten in je groepje

Slide 14 - Slide

luister en kies
Evalueren

of 

Reflecteren

Slide 15 - Slide

Dienstverlenende werkzaamheden Signaleren, observeren en rapporteren

Slide 16 - Slide

doel
ik verdiep mij in signaleren, observeren en rapporteren
Ik heb geoefend met waarnemen wat ik heb gezien.
Ik weet dat objectief observeren lastig is

Slide 17 - Slide

signaleren, observeren en rapporteren

Slide 18 - Slide

Signaleren;

Opvangen van signalen die niet kloppen

Let op gedrag van bewoners
en de omgeving
2.2


Observeren;

Bewust en doelgericht naar gedrag kijken

Let op je eigen interpretatie
gebruik de 5 observatieregels
2.3

Slide 19 - Slide

observeren
  1. zo objectief mogelijk
  2. nauwkeurig
  3. kijk bewust
  4. meer dan één keer
  5. op verschillende momenten


Slide 20 - Slide

Een test
hoe vaak gooit de witte partij de bal?? 
Neem goed waar

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

rapporteren
  • de informatie uit signaleren en observeren geef je door aan anderen
  • meestal je team

hoe/ wanneer?
  • mondeling/ schriftelijk
  • tijdens werkoverleg/ overdracht

Slide 23 - Slide

verder oefenen
Who dunnit?
Waarnemingsoefening

rapporteer mondeling wat je hebt waargenomen 
bij de volgende onderdelen

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

wat zie je?

Slide 26 - Slide

hoeveel scenes tel je?

Slide 27 - Slide

wat neem je waar?

Slide 28 - Slide

en nu?

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

regels voor goed rapporteren
  • vertel alleen feiten en niet wat je zelf denkt
  • omschrijf wat je gehoord/ gezien hebt
  • geef alleen een conclusie als je op verschillende momenten heb geobserveerd
  • geef duidelijk aan dat het jouw conclusie is


Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

soep


soap

Slide 34 - Slide

3-2-1 afsluiting

Vragen? Stel ze
verwonderd? Blijf het
belangrijk? altijd!
Iedereen werkt met mensen en diensten

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Link

Slide 37 - Link