This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
H7: Het klimaat in de V.S. en India
7.1 Klimaat en reliëf in de V.S.
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Langs de 40e breedtegraad
Er is veel reliëf in de VS, van west naar oost kom je veel verschillende landschappen tegen:
Middelgebergten (Appalachen)
Hooggebergten (Rocky Mountains)
Hoogvlaktes (Great Plains)
Laagvlaktes (Kustvlakte / Centrale Laagvlakte)
Langs de 40e breedtegraad
Er is veel reliëf in de VS, van west naar oost kom je veel verschillende landschappen tegen:
Middelgebergten (Appalachen)
Hooggebergten (Rocky Mountains)
Hoogvlaktes (Great Plains)
Laagvlaktes (Kustvlakte / Centrale Laagvlakte)
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Aan de kust is veel invloed van de zee:
Zomer: zee is kouder dan land, koeler aan de kust dan in binnenland
Winter: zee is warmer dan land, warmer aan de kust dan in binnenland
Pijl 3 en 4 laten de windrichting zien
Landschap is van invloed op neerslag en temperatuur
In het binnenland is er
geen invloed van de zee (door de bergen)
De bergen liggen van noord naar zuid, ze houden de wind vanaf zee dus tegen
De lucht komt nu uit het koude noorden in de winter (pijl 1)
En uit het warme zuiden in de zomer (pijl 2)
In de zomer is het dus heel warm
In de winter is het dus heel koud
Slide 5 - Slide
1000 Meridiaan
Slide 6 - Slide
Kust of binnenland -> verschil in temperatuur
Kaart NL
Temperatuur in juni
Kustgebieden: lagere temperatuur
Binnenland: hogere temperatuur
Waarom is er verschil?
aanlandige en aflandige wind
land warmt sneller op dan zeewater
aan de kust is het koeler
Slide 7 - Slide
Zeewind = Aanlandige wind,
westenwind in NL
zeewater warmt langzaam op, de wind is koel. In de zomer is het daarom koeler aan zee.
zeewater koelt langzaam af, de wind brengt warme lucht. In de winter is het warmer aan zee.
Slide 8 - Slide
Landwind = Aflandige wind
In de zomer is het bij aflandige wind (oostenwind) warm. Land warmt sneller op dan water.
In de winter bij aflandige wind (oostenwind) koud. Land koelt sneller af dan water.
Slide 9 - Slide
Neerslag westkust
Slide 10 - Slide
Stuwingsneerslag
Slide 11 - Slide
Aan de slag!
Lezen: Basisboeknummer 37, 43, 44 en 46
Maken paragraaf 7.1:
opdracht 5 t/m 7
Slide 12 - Slide
Maak gebruik van je antwoorden bij opgave 1b.
Waar horen de onderstaande gebergten te staan in dit kaartje?
Appalachen
Rocky Mountains
Coast Ranges
Sierra Nevada
Slide 13 - Drag question
Sleep de begrippen op de juiste plaats!
Stuwings regen
Regen schaduw
Slide 14 - Drag question
Hoe noemen we een wind die vanaf de zee het land op waait?
A
Zeewind
B
Landwind
C
Aflandige wind
D
Aanlandige wind
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Slide
Welk landschap ligt waar?
Bekijk de dwarsdoorsnede van de V.S. Je ziet alle landschappen die op de 40e breedtegraad liggen. Sleep de landschappen naar de juiste plek in de tekening.
Klik op de oranje prikkers om achter de naam van het landschap te komen.
Centrale laagvlakte
Rocky Mountains
Kustvlakte
Central Valley
Great basin
Appalachen
Sierra Nevada
Great Plains
Coast Ranges
Slide 17 - Drag question
1000 Meridiaan
Slide 18 - Slide
Vraag 1: Hoe komt het dat het in Seattle in de winter warmer is dan in Minneapolis?
Slide 19 - Open question
Vraag 2: Waarom is het in de winter warmer in Seattle dan in New York?
Slide 20 - Open question
Vraag 3: Hoe komt het dat het zo veel regent in New Orleans?
Slide 21 - Open question
Vraag 4: Waarom zijn de verschillen tussen zomer en winter zo groot in Minneapolis?