Antoine est allé en Italie.
Il a voyagé en avion.
Antoine est arrivé à huit heures du matin.
Il est resté dans un hôtel.
Antoine a eu de bonnes vacances
Herschrijf de tekst 3 keer.
Vervang het onderwerp.
Gebruik de uitleg in je boek op p. 106-107
1) De eerste keer gaat Zoé op vakantie
2) De tweede keer gaan Mila en Lucas op vakantie
3) De derde keer gaan Zoé en Mila op vakantie