les 2 12-02-2025

Les 2 12-02-2025
1 / 24
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les 2 12-02-2025

Slide 1 - Slide

This item has no instructions


Herzlich Willkommen
beim Deutschunterricht

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wie wir zusammen arbeiten
  • Voor Duits heb je bij je: boek A, etui, laptop

  • We praten zoveel mogelijk in het Duits

  • We luisteren naar elkaar

  • Bij vragen steken we ons arm omhoog





Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Lessonup
klascode
 snhqi







Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Klassensprache

Kann ich auf die Toilette gehen, bitte?
Darf ich zur Toilette gehen, bitte?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Klassetaal/ Klassensprache

Slide 6 - Slide

bestand uitdelen, doorsturen.
Voor de volgende les 1 tot en met 10 kennen.

Klassensprache 11 bis 20

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Klassensprache 21-30

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Overgangsdossier

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Planner P3

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Planner P3

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Lernziele
- Je kan zwakke werkwoorden vervoegen.
- Je kent de uitzonderingen bij stam -s en stam -t.


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Was machen wir heute?
- grammatica herhaling zwakke werkwoorden met stam-s, 
-nieuwe grammatica zwakke werkwoorden met stam-t.
-spreekopdracht met je presentatie.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Startopdracht

Luister naar deze tongbreker: Waar gaat dit over? en wat is het langste woord?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

ich
du
er, sie, es

wir
ihr
sie, Sie
e
st
t

en
t
en
Verben
wohn
wohn
wohn

wohn
wohn
wohn
regel: stam + uitgang

wohnen
stam: -en eraf
-> wohn


Slide 15 - Slide

Leerdoel: leerlingen kunnen werkwoorden op de juiste manier vervoegen.
Uitzondering stam-s/ss/ß/z
regel: du stam+st
stam eindigt op -s/ss/ß/z, dan regel: du stam+t (s vervalt)

voorbeeld: reisen
du reis   t

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Uitzondering stam-d/t
stam eindigt op -t/d dan regel: 
bij du, er/sie/es, ihr en voltooid deelwoord komt er een e voor de uitgang.

voorbeeld: arbeiten
du arbeit e st
er arbeit e t
ihr arbeit e t
gearbeit e t

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Werkwoorden stam op sisklank of stam op -d of -t
normale werkwoorden
werkwoorden met stam op sisklank
werkwoorden met stam op d/t
ich wohne
ich reise
ich arbeite
du wohnst
du reist
du arbeitest
er/sie/es wohnt
er/sie/es reist
er/sie/es arbeitet
wir wohnen
wir reisen
wir arbeiten
ihr wohnt
ihr reist
ihr arbeitet
sie/Sie wohnen
wir reisen
sie/Sie arbeiten

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Grammatik üben
K4, Übung macht den Meister, Aufgabe 8,9, Seite 124
K4, Teil E, Aufgabe 20, 21, Seite 132


timer
10:00

Slide 19 - Slide

Leerdoel: Je oefent met de uitgelegde grammaticaregel. Je kunt de regels toepassen in een vooropgezette situatie.
Pionnen (sleepbaar):
1
2
3
4
5
6
Als je deze vorm goed hebt, mag je nog een keer dobbelen.
Fout?
Dan moet je een ronde overslaan.
Als je deze vorm goed hebt, mag je nog een keer dobbelen.
Goed? Dan mag je één pioon twee plaatsen naar achteren zetten.
1. Ein Spieler beginnt und würfelt. Dann bildet er mit der Zahl des Würfels die richtige Verbform

2. Checke die Antwort mit der Eselsbrücke FEESTTENTEN
> Wenn die Verbform falsch ist, darf der Spieler nicht vorrücken. 
> Hat der Spieler richtig konjugiert, darf er so viele Felder vorrücken, wie die Zahl des Würfels vorgibt.
 
3. Wer als Erster das Ziel erreicht, gewinnt.
 



Würfele hier:
Die Spielregeln
Klavertje?
Dan mag je de hulp van iemand aan tafel inroepen.
Klavertje?
Dan mag je de hulp van iemand aan tafel inroepen.
Tekens:
 klavertje hulp inschakelen
 fout geantwoord? 
 Voorsprong inzetten
 Extra worp
Fout?
Dan moet je een ronde overslaan.
Verben im Präsens 
Vervoeg de werkwoorden in de tegenwoordige tijd.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Sprechen
1. Pak je presentatie erbij. Digitaal of op papier.
2. Je krijgt een nummer.
3. Vertel in je groepje over je sport in het Duits.
(maak gebruik van Plauderecke C, Seite 150)
4. Je stelt minstens 1 vraag aan de verteller. Gebruik de vraagwoorden. Was, Wie, Wo, Wann enz.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Steckbrief
1. Ik trek het eerste blad, jullie raden om wie het gaat.
2. Deze leerling komt voor de klas en kiest een volgend blad.
enz.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Hausaufgaben
machen: 
K4, Teil B, Sport, Aufgabe 5, 6, Seiten 122-123
Afmaken:
K4, Übung macht den Meister, Aufgabe 8,9, Seite 124
K4, Teil E, Aufgabe 20, 21, Seite 132

Slide 23 - Slide

This item has no instructions


Auf Wiedersehen 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions