leesvaardigheid les 1

DEUTSCH
 Willkommen im Deutschunterricht     
- Handy  in der Tasche
- Kauwgummi  ausspucken
- Bücher auf dem Tisch
1 / 26
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

DEUTSCH
 Willkommen im Deutschunterricht     
- Handy  in der Tasche
- Kauwgummi  ausspucken
- Bücher auf dem Tisch

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

der Unterrichtsplan
- Rückblick 

- leerlingen met onvoldoende voor hoofdstuktoets Kapitel 5 --> inleveren plan van aanpak
voorbereiding toetsweek: lezen. 
- uitleg: leesstrategieën, soorten vragen, signaalwoorden. 









Slide 2 - Slide

This item has no instructions

die Lernziele
- Je weet welke leerstrategieën er zijn. 

- Je kunt de leerstrategieën juist inzetten bij het lezen van een tekst. 

- je weet hoe je een meerkeuzevraag moet beantwoorden. 





Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leesvaardigheid Duits

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Opbouw van een tekst

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Der Aufbau eines Textes
Titel
inleiding
alinea
bron
Bild

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Opbouw alinea
-Eén kernzin per alinea
-Kernzin (bijna) altijd eerste of laatste zin alinea
-Rest van de alinea  geeft bijv. een oplossing voor, voorbeelden bij of uitleg van kernzin.

--> Lees altijd de eerste en laatste zin van een alinea!

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Leesstrategieën

Slide 8 - Slide

Verder met H3A
Verder met V3A


Welke 4 leesstrategieën hebben we geleerd vandaag?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Soorten leesstrategiën
  • skimmen (snel en globaal lezen)
  • voorspellen 
  • scannen (zoekend lezen)
  • gedetaillieerd lezen

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

snel en globaal lezen
Grote lijnen
Let op: titel, illustraties, tussenkoppen 
 Kijk naar de eerste en laatste zin van de alinea .
Bij lange teksten lees  je de inleiding en het slot goed door. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Voorspellen
Ga je voorkennis na
Kijk naar titel, ondertitel, plaatjes, onderschriften, tussenkopjes, opvallende woorden en leestekens. --> Deze geven al een indruk van de inhoud van de tekst.
Maar pas wel op, want de informatie moet nog altijd uit de tekst komen!

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Scannen (zoekend lezen)
Specifiek zoeken
Je scant de tekst om een bepaald stukje informatie te vinden.  Je bent gericht op zoek. Bijv. als je in een tekst naar de openingstijden van een museum moet zoeken. 
Als je opzoek bent naar maar één bepaald gegeven, maak je gebruik van scannen. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Gedetailleerd lezen (intensief lezen) 
Goed begrijpen van de tekst
Een (korte) tekst of een gedeelte intensief lezen om de vraag te kunnen beantwoorden. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Soorten vragen
Er zijn verschillende soorten vragen: meerkeuze en open vragen.


Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Meerkeuzevraag
Bij een meerkeuzevraag wordt vaak per vraag aangegeven over welk tekstgedeelte de vraag gaat. Meestal wordt er per alinea één vraag gesteld. Er wordt vaak gevraagd naar de hoofdgedachte. 
Stap 1: lees de vraag, maar kijk niet naar de antwoordmogelijkheden.
Stap 2: Indien nodig, vertaal de vraag.
Stap 3: Zoek het het stukje tekst op dat bij de vraag hoort.
Stap 4: Formuleer het antwoord op de vraag in je hoofd
Stap 5: Kies daarna het antwoord dat het beste bij jouw antwoord past.  




--> Leesstrategie: gedetailleerd lezen

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Juist/onjuist vragen (wel/niet bewering)
Hierbij worden een aantal beweringen gegeven. Je moet aangeven of de bewering met de tekst overeenkomt, of je moet aangeven of de bewering juist of onjuist is. 
Stap 1: Lees elke bewering goed door.
Stap 2: Markeer de kernwoorden in de beweringen.
Stap 3. Vergelijk de bewering met de tekst. 
Stap 4. Noteer achter de bewering of deze wel of niet met de tekst overeenkomt. 


--> Leesstrategie: gedetailleerd lezen

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Gatentekstvragen
Bij een gatentekst (Lückentekst) zijn woorden weggelaten. De zinnen die om de open plek staan geven informatie over het weggelaten woord/de weggelaten woorden.  

Stap 1: Lees de vraag.
Stap 2: Bepaal welk woordsoort moet worden ingevuld ( werkwoord, zelfstandig naamwoord, voegwoord etc.)
Stap 3:. Lees de twee zinnen vóór de open plek en de twee zinnen die na de open plek staan.  
Stap 4: Kijk ook of er signaalwoorden in de buurt staan. Deze kunnen helpen om het juiste woord in te vullen.
Stap 5: Bedenk welk woord ingevuld moet worden.
Stap 6: Lees de antwoordmogelijkheden. De woorden die je niet kent zoek je op. Noteer de vertaling.
Stap 7: Noteer het antwoord dat het beste past bij het woord dat je in gedachten had. 




Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Open vragen
-Lees de vraag goed! Kijk bijv. goed of een voordeel of een nadeel gevraagd wordt
-Signaalwoorden zijn belangrijk
-Antwoorden in het Nederlands, tenzij anders vermeld.
--> Geen verwijswoorden in het antwoord, zoals: 
''Zij vinden dat leuk'', maar: ''De leerlingen vinden shoppen leuk''
Als er staat 'citeer' dan neem je letterlijk een stukje tekst over.  Dus dan zul je dus wel in het Duits antwoorden. 
--> Leesstrategie: gedetailleerd lezen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Signaalwoorden
-Signaalwoorden geven inzicht in de structuur van een tekst. Ze geven verband tussen zinnen en alinea's aan
-Signaalwoorden hebben altijd een functie.
Bijv. also = dus  --> functie = conclusie. 


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Veel voorkomende woorden

Argumentatie:
-denn: want
-deswegen: daarom
-nämlich: namelijk
-weil: omdat

Tijd: 
-bevor: voordat
-danach: daarna
Veel voorkomende woorden

Opsomming:

-außerdem: bovendien 
-und: en

Tegenstelling: 
-aber: maar
-oder: of
Voorbeeld:
-zum Beispiel: bijvoorbeeld

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Laatste tips
-Let op dubbele punt in tekst : geeft vaak een verband aan!
(vaak uitleg, reden, conclusie of voorbeeld)

-Onderstreep signaalwoorden in de teksten.


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

In je kleine boekje kun je alle signaalwoorden en hun functie vinden. blz. 51 t/m 54.

Deze kun je leren voor de leestoets.  

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

In je kleine boekje kun je alle signaalwoorden en hun functie vinden. blz. 51 t/m 54.

Deze kun je leren voor de leestoets.  
Maak nu Tekst 12 en 13 van Kapitel 5 Lektion 5 online, zodat je daarna zelf je antwoorden kunt nakijken online. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Welke leesstrategieën
ken je al?

Slide 25 - Mind map

This item has no instructions

                               


                    Hausaufgaben:  lees nogmaals de                                         leesstrategieën door en bestudeer alvast de                      signaalwoorden in het handboekje: blz. 47                           t/m 54. 
                     
                     

Slide 26 - Slide

This item has no instructions