1.2 Inkomsten en uitgaven

Startopdracht (5 min.)
Bekijk onderstaande voorbeeld en teken het over in je schrift.
Vul voor jezelf in: Welke inkomsten en uitgaven heb jij per maand?
Hou je geld over? 


1 / 21
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Startopdracht (5 min.)
Bekijk onderstaande voorbeeld en teken het over in je schrift.
Vul voor jezelf in: Welke inkomsten en uitgaven heb jij per maand?
Hou je geld over? 


Slide 1 - Slide

Paragraaf 1.2

Slide 2 - Slide

Programma
  • Introductie/voorstellen
  • Lesdoelen
  • Theorie H1
  • Aan de slag

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
Kunnen we verschillende soorten uitgaven onderscheiden
Kan je verschillende soorten inkomsten onderscheiden
Kan je een begroting opstellen en deze sluitend maken


Slide 4 - Slide

Behoeften
Mensen hebben behoefte aan goederen en diensten, dit noemen we behoeften.
Er zijn basisbehoeften (primaire behoeften) en luxebehoeften (secundaire behoeften). Normale behoeften die je niet nodig hebt om in leven te blijven horen ook bij de secundaire behoeften.

Slide 5 - Slide

Schaarste en kiezen
  1. Je behoeften zijn oneindig, maar je hebt niet oneindig veel middelen.​
  2. De middelen zijn dus schaars (je hebt niet genoeg)
  3. Schaarste dwingt tot kiezen​






Schaarste
Behoeften
Middelen

Slide 6 - Slide

Hoe kom jij aan jouw geld?

Slide 7 - Open question

Soorten inkomens

Slide 8 - Slide

Terug naar de startopdracht
Bekijk je eigen inkomsten en uitgaven.
Hoe kom jij aan jouw geld?

Slide 9 - Slide

Soorten inkomen

Slide 10 - Slide

Vaste uitgaven
Huishoudelijke uitgaven
Incidentele uitgaven
Soort uitgaven

Slide 11 - Slide

Terug naar de startopdracht
Wat doe jij om overzicht te bewaren tussen je inkomsten en uitgaven?

Slide 12 - Slide

Wat doe jij om overzicht te bewaren tussen je inkomsten en uitgaven

Slide 13 - Open question

Een begroting

Slide 14 - Slide

Verdeel de onderstaande 
uitgaven in 3 logische groepen.
  • Juiste oplossing, maar waarom?

Vaste lasten                                    Huishoudelijke uitgaven               Incidentele uitgaven
  Huur
Drank
Citytrip
  Abonnement Netflix
Hondenbrokken
Reparatie auto
  Gas, water en elektriciteit
Wasproduct
Nieuwe telefoon
  Zorgverzekering
Schoonmaakmiddel
Verjaardagscadeau
  Hypotheek
Tandpasta en shampoo
Tandarts

Slide 15 - Slide

Een begroting 
Een begroting is een overzicht van alle verwachte ontvangsten en uitgaven in een bepaalde periode. 

Een sluitende begroting. Hiervan is sprake als de verwachte ontvangsten gelijk zijn aan de uitgaven. Dan is de begroting in evenwicht. 

Slide 16 - Slide

Begroting
Begroting = overzicht van verwachte inkomsten en verwachte uitgaven


Slide 17 - Slide

1) Huishoudelijke uitgaven
2) Vaste lasten
3) Incidentele uitgaven/ reserveringsuitgaven

Slide 18 - Slide

Verschil inkomsten en uitgaven
Inkomsten > Uitgaven = Begrotingsoverschot

Inkomsten < Uitgaven = Begrotingstekort


Slide 19 - Slide

Aan de slag!
Maken: Paragraaf 1.2 -> opdracht 13 tot en met 19
Klaar? Verder tot en met 24
Huiswerkcheck door docent: H1, opgave 7, 8, 10 en 11. 
Bij goed gedaan krijg je een sticker ;)


Slide 20 - Slide

Huiswerk check
Opgave 7, 8, 10 en 11

Slide 21 - Slide