MHW - H 1 - Paragraaf 1 + 2 + 3

• Natuurkunde
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Maar eerst!

Wat weet je al?

Waar denk je aan bij
"NATUURKUNDE"

Wat wil je graag leren over
"NATUURKUNDE"

Lessen Natuurkunde

Zorg dat je voor natuurkunde altijd meeneemt:

- Aantekeningen schrift

- Pen

- Potlood (2 kleuren)

- Geodriehoek

- Rekenmachine

- Ipad / Laptop

Wat mag wel:

Wat mag niet:

Regels tijdens Natuurkunde

Wat mag wel:

- Vragen mag je altijd stellen, zolang je je hand opsteekt.

- RUSTIG! overleggen tijdens zelf oefenen

Wat mag niet:

- Praten tijdens de uitleg.

- Luid overleggen tijdens zelf oefenen.

Regels tijdens Natuurkunde

Wat mag wel:

- Vragen mag je altijd stellen, zolang je je hand opsteekt.

- RUSTIG! overleggen tijdens zelf oefenen

- Muziek luisteren, met oortjes, tijdens zelf oefenen.

Wat mag niet:

- Praten tijdens de uitleg.

- Luid overleggen tijdens zelf oefenen.

- Telefoons volgens schoolregels.

- Oortjes dragen tijdens de rest van de les.

Regels tijdens Natuurkunde

Wat mag wel:

- Vragen mag je altijd stellen, zolang je je hand opsteekt.

- RUSTIG! overleggen tijdens zelf oefenen

- Muziek luisteren, met oortjes, tijdens zelf oefenen.

Wat mag niet:

- Praten tijdens de uitleg.

- Luid overleggen tijdens zelf oefenen.

- Telefoons volgens schoolregels.

- Oortjes dragen tijdens de rest van de les.

- De stopcontacten uit het plafond trekken. Dit doet de leraar.

Regels tijdens Natuurkunde

Wat mag wel:

- Vragen mag je altijd stellen, zolang je je hand opsteekt.

- RUSTIG! overleggen tijdens zelf oefenen

- Muziek luisteren, met oortjes, tijdens zelf oefenen.

- Drinken tijdens theorie les (Geen frisdrank).

Wat mag niet:

- Praten tijdens de uitleg.

- Luid overleggen tijdens zelf oefenen.

- Telefoons volgens schoolregels.

- Oortjes dragen tijdens de rest van de les.

- De stopcontacten uit het plafond trekken. Dit doet de leraar.

- Drinken tijdens een practicum.

- Eten.

Regels tijdens Natuurkunde

Paragraaf 2: Natuurwetenschappen

Biologie

bestudeert alle levende natuur. Ook bestudeert het alles wat ooit geleefd heeft.

Scheikunde (chemie)

bestudeert de levenloze natuur. Scheikunde houdt zich bezig met blijvende veranderingen van stoffen. Deze noemen we chemische reacties.

Natuurkunde (fysica)

 bestudeert ook de levenloze natuur. Natuurkunde

houdt zich bezig met omkeerbare veranderingen. Deze noemen we processen.

Biologie, Scheikunde en Natuurkunde vormen samen de Natuurwetenschappen.

- Biologie en Natuurkunde heet Biofysica.

- Natuurkunde en Scheikunde heet Fysische Chemie.

- Biologie en Scheikunde heet Biochemie.

Bij welk vak hoort:

Een boom groeit?

1. Biologie
2. Scheikunde
3. Natuurkunde
4. Combinatie

Bij welk vak hoort:

Een boom verbrand?

1. Biologie
2. Scheikunde
3. Natuurkunde
4. Combinatie

Bij welk vak hoort:

Een boom valt om?

1. Biologie
2. Scheikunde
3. Natuurkunde
4. Combinatie

Bij welk vak hoort:

Een vliegtuig gebruikt zijn straalmotor om door de lucht te vliegen?

1. Biologie
2. Scheikunde
3. Natuurkunde
4. Combinatie

Paragraaf 3: Waarnemen

Verschijnsel:

Een verschijnsel is iets dat gebeurt. Dit kan van alles zijn! 

Ook bijvoorbeeld dat sneeuw koud is!

Waarnemen:

Met je zintuigen kan je verschijnsels waarnemen. Je kan voelen dat sneeuw koud is, en dit opschrijven.

Mensen zijn niet heel precies als zij waarnemingen doen.

Om precieze waarnemingen uit te kunnen voeren gebruiken wij meetinstrumenten.

Dan weet je ook hoe koud de sneeuw was!

Meetinstrumenten

i

Vgem = Gemiddelde snelheid (m/s)

s = afstand (m)

t = tijd (s)