middeleeuwse maatschappij & taal in de middeleeuwen

'Middel' eeuwen ?
1 / 30
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

'Middel' eeuwen ?

Slide 1 - Mind map

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Karel de Grote

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Feodaal stelsel 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vroege Middeleeuwen
500-1000
Romeinen
Germanen
priester
Romeinse cultuur behouden

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Hoge Middeleeuwen
1000-1300
De eerste steden
Derde stand: 
de burgerij
Begin van de literatuur

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Late
Middeleeuwen
1300-=1500
Steden:  centrum van economie en cultuur
Derde stand: 
de burgerij wordt steeds machtiger
De drie standen: klein gedeelte van de maatschappij

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Hoofdkenmerken Middeleeuwen
1. Theocentrisch: sterke invloed geloof
2. Ridderlijk: naast de geestelijke macht van de eerste stand, had de adel de wereldlijke macht
3. Burgerlijk: in de late ME steeds machtiger (economie/cultuur)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions


De steden zorgden voor handel en industrie in de Late Middeleeuwen.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions


De Middeleeuwen lopen van ca. 500 tot ca. 1500.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions


‘Vazal’ is een ander woord voor ‘leenheer’.
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

Een vazal is een leenman.
Wie is dit?
A
Karel de Kale
B
Karel de Kleine
C
Karel V
D
Karel de Grote

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions


Wat betekent 'theocentrisch'
A
God staat in veel zaken centraal
B
De koning staat aan het hoofd van een groot rijk.
C
Er is een grote kloof tussen boeren en edelen
D
Mensen moesten veel meer samenwerken om in leven te blijven.

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit hoe de samenleving in de middeleeuwen was ingericht. Gebruik in elk geval de begrippen standenmaatschappij en feodaal stelsel

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Hoe komen de middeleeuwen aan hun naam?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Wat wordt er bedoeld met 'memento mori' en waarom was dit voor veel mensen in de middeleeuwen zo belangrijk?

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Oudste gebeurtenis
Jongste gebeurtenis
Een na oudste gebeurtenis
Een na jongste gebeurtenis
Voorhoose en hoofse romans
Oudnederlandse periode (officiële taal het Latijn)
Rederijkers literatuur
Burgerlijke kunst

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions

Slide 26 - Video

This item has no instructions

Gebruik jij straattaal?

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

Wat zijn de voordelen van het gebruik van straattaal volgens het filmpje? Ben je het daar mee eens of niet? Waarom?

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

Aan het einde van het filmpje wordt gevraagd op welke manier je in straattaal zegt dat je iemand leuk vindt. Werk zo'n liefdesverklaring uit en zet die hieronder.

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Denk jij dat we onze taal over duizend jaar nog herkennen? Wat zal het meeste veranderen en waardoor?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions