This lesson contains 11 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Items in this lesson
1.1 De stroomkring
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Uitleg 1.1
Proefjes
Opdrachten 1.1 maken
Afsluiten
Slide 2 - Slide
Een stroomkring
Elektrische stroom in een draad bestaat uit bewegende elektronen.
De spanningsbron pompt de elektrische stroom rond.
Er verdwijnen geen elektronen.
Slide 3 - Slide
Schakelschema
Schakeling:
Elektrische onderdelen die met elkaar verbonden zijn.
Schakelschema:
Eenvoudige tekening van een schakeling
Slide 4 - Slide
Symbolen in schakelschema
Slide 5 - Slide
Schakelschema met een drukschakelaar
Soms is het niet handig als een schakelaar dicht blijft staan. daarom gebruik je een drukschakelaar. Als je de knop indrukt, sluit je de stroomkring. Als je de knop loslaat, veert het contact terug.
Voorbeeld: Als je het remhandvat inknijpt gaat het remlicht aan. Als je het remhandvat loslaat, gaat het remlicht weer uit.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Wat moet je kunnen/kennen?
Je kan herkennen of een stroomkring onderbroken of gesloten.
Je kan de symbolen in een elektrische schakeling herkennen.
Je kan een schakelschema tekenen.
Je kunt het verschil uitleggen tussen een schakelaar en een drukschakelaar.
Je kunt het verschil benoemen tussen geleiders en isolatoren.
Je kunt een aantal geleiders en isolatoren benoemen.
Slide 8 - Slide
Experiment
Maak proef 1 zelfstandig.
Lees rustig stap voor stap door wat je moet doen en vul de vragen in.
Steek je vinger op als je er niet uit komt
20 minuten.
Klaar?
Maak proef 2, dit doe je in tweetallen.
Deze proef heb je als het goed is al een gedaan.
Slide 9 - Slide
Aan het werk met de opdrachten
Maak opdracht 1 t/m 14 in je boek
Slide 10 - Slide
Wat vond je van deze les? Geef een tip en een top.