Spelling: Homofone werkwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 4

Welkom

Samen - Talentgericht - Betrouwbaar

Talent

Spelling: H7

 §2 werkwoorden

Homofone werkwoorden

Sommige werkwoorden hebben vormen die hetzelfde klinken, maar anders geschreven worden: vind – vindt; gebeurd – gebeurt; kosten – kostten; verraadden – verraden; verwoeste – verwoestte.

Theorie blz. 32

-onderzoek doen

-lijst met vragen 

-korte inleiding met uitleg

-afsluiting met dankwoord

-betrouwbaar

Schrijf in 1 minuut zo veel mogelijk homofone werkwoorden op je blad

Homofone
werkwoorden

apps.noordhoff.nl

Geronimo weet nog niet wanneer hij zijn hbo-opleiding civiele techniek ....

1. afront
2. afrond
3. afrondt
4. afgerond

Geronimo weet nog niet wanneer hij zijn hbo-opleiding civiele techniek afrondt.
Wat is het onderwerp bij de pv afrondt?

1. Geronimo
2. weet
3. hij
4. civiele techniek

Ons bestuur heeft op ons verzoek alle leden en oud-leden geraadpleeg

1. d
2. t
3. dt

‘Geraadpleegd’ kan niet van tijd veranderen. Als je de regel van ’t exkofschip’ toepast, moet je er goed op letten dat je uitgaat van de laatste letter van de stam van het hele werkwoord (raadplegen; de stam eindigt op een ‘g’ en die staat niet in ’t exkofschip’). Dan schrijf je een ‘d’.

Het is nu nog niet beken_ of hij vandaag aanwezig zal zijn.

1. d
2. t
3. dt

‘Bekend’ kan niet van tijd veranderen. Als je de regel van ’t exkofschip’ toepast, moet je er goed op letten dat je uitgaat van de laatste letter van de stam van het hele werkwoord (bekennen; de stam eindigt op een ‘n’ en die staat niet in ’t exkofschip’). Dan schrijf je een ‘d’.

“De aan die discussie beste_ tijd voelde gisteren als verloren tijd”, zei Ceylan.

1. bestede
2. besteden
3. besteedde

Wij hadden een offerte aangevraagd voor ons te verbre_ tuinpad.

1. verbrede
2. verbreden
3. verbreedde

Onze computers, die indertijd minder dan duizend euro per stuk kos_en, gaan wij nu toch vervangen.

1. t
2. tt

Toen wij onze wensen bij een aantal leveranciers onder de aandacht brach_en, werden wij direct gebeld voor een afspraak.

1. t
2. tt

‘Brachten’ is een sterk werkwoord (klankveranderend werkwoord). Brengen – brachten – gebracht. Geen extra ‘t’.

Die commissie bestudeer_ nog op welke wijze noodlijdende Europese bedrijven met publiek geld moeten worden geholpen.

1. d
2. t
3. dt

‘Bestudeert’ is een persoonsvorm. Dit kun je goed horen als je ‘bestudeert’ vervangt door een werkwoord als ‘bekijkt’ of ‘smurft’. In de tegenwoordige tijd schrijf je in dit geval de ik-vorm + t.

In Zwitserland von_ gisteren een ernstig ongeluk met een lift plaats.

1. d
2. t
3. dt

Op Pinkpop kreeg een voor mij totaal onbekende rapper een platina plaat overhandig_ door zijn tweelingbroer.

1. d
2. t
3. dt

Wie onderhou_ je tuin als je met vakantie bent?

1. d
2. t
3. dt

Je kunt ‘je’ in deze zin niet vervangen door ‘jij’, maar wel door ‘jouw’ (jouw tuin). Het onderwerp van de zin is ‘wie’. Het lijdend voorwerp is ‘je tuin’.

Omdat wij die belangrijke brief te laat pos_en, werd hij helaas te laat bezorgd.

1. t
2. tt

Gisteren wilden wij ons bij de receptie mel_en, maar toen wij aankwamen, was er niemand meer aanwezig.

1. melden
2. meldden

‘Melden’ kun je in deze zin niet van tijd veranderen. Dit kun je goed horen als je ‘melden’ vervangt door een woord als ‘opgeven’ of ‘aangeven’. Je schrijft hier het hele werkwoord (de infinitief).

Hij was er behoorlijk verbaas_ over dat wij ons niet voor die bijeenkomst hadden aangemeld.

1. d
2. t
3. dt

Het zou fijn zijn als je vanavond niet steeds over je hobby’s uitwei_.

1. d
2. t
3. dt

Ik kan alleen met je mee naar die vergadering als het niet te laat wor_.

1. d
2. t
3. dt

Ik kreeg het formulier niet verstuurd, doordat ik niet alle verplich_e velden had ingevuld.

1. t
2. tt

‘Verplichte’ is geen persoonsvorm, maar een bijvoeglijk naamwoord. Als je de zin van tijd verandert, hoor je dat ‘verplichte’ niet kan veranderen.

Als je ‘verplichte’ door bijvoorbeeld ‘belangrijke’ vervangt, zie je ook dat het een bijvoeglijk naamwoord is.

Bijvoeglijke naamwoorden schrijf je zo kort mogelijk; dus met één ‘d’.

Toets maken

1. Je gaat een toets maken voor je buurman/buurvrouw

2. De toets bevat minimaal 20 vragen

3. In de toets komen verschillende homofone werkwoorden voor/ bijvoeglijk naamwoorden

4. Na het maken van de toets wordt de toets gemaakt en nagekeken

Zelfstandig werken

Maak hoofdstuk 7.2

Spelling: werkwoorden

Ik kan de juiste leestekens bij citeren gebruiken

😒🙁😐🙂😃