Je maakt kennis met de volgende begrippen:
- Letterlijk en figuurlijk taalgebruik : zie onderdeel B poëzie en fictie
- Personificatie: zie onderdeel B poëzie en fictie
- Beeldspraak: zie onderdeel E poëzie en fictie
- Vergelijking, metafoor, personificatie: blz. 24 e.v.
- Metonymie: blz. 54 e.v.