Apen

• Biologie
• Speciaal Onderwijs
• Leerroute 4

Apen en halfapen: Mensapen

Leerdoelen:

Aan het einde van de les:

- weet ik hoe intelligent apen zijn

- weet ik meer over halfapen

Apen en halfapen: Mensapen

Mensapen

Onze naaste verwanten in het dierenrijk zijn de mensapen. Na de mens zijn dit de hoogst ontwikkelde wezens. Ze hebben ontwikkelde hersenen. Mensapen kunnen rechtop lopen en gebruiken hun handen. Ze lachen en huilen bijna net zoals wij dat doen. Er zijn vier soorten grote mensapen en veertien soorten gibbons.

Gibbons

Gibbons zijn kleine mensapen en vormen een eigen groep. Er zijn veertien soorten. De withandgibbon weegt slechts acht kilo. Een gibbon kan wel twaalf meter door de lucht zeilen en toch veilig op een tak terechtkomen. Op de grond loopt hij echter vrij onhandig.

Apen

Er zijn zo'n 240 soorten apen die in drie verschillende werelddelen voorkomen. In Azië en Afrika leven de smalneusapen, in Zuid-Amerika de breedneusapen. 

Intelligentie

Veel hoogontwikkelde dieren leren door ervaring en proberen. De meeste apen draaien stenen om en zoeken eronder naar insecten. Apen zijn ook makkelijk af te richten en kunnen dingen heel goed aanleren.

Chimpansee

Chimpansees lijken het meeste op de mens. Ze leven op de grond en lopen op handen en voeten. Alleen voor vruchten of een nest te bouwen klimmen ze in bomen.

Halfapen

Halfapen leven alleen in Afrika en Azië. De meeste komen voor op het eiland Madagaskar voor de kust van Afrika. Meer dan de helft van de zoogdieren die daar leven, zijn halfapen. Deze dieren bestaan al meer dan 60 miljoen jaar. Ze zijn slechts verre verwanten van de echte apen. Veel halfapen zijn nachtdieren met enorme ogen.

Indri

De Indri is de grootste halfaap. Hij heeft een opvallend kleine kop. Indri's zijn dagdieren die in families of paren leven. Op de grond huppelen ze als kangoeroes, omdat hun achterpoten veel langer zijn dan hun armen. Vroeg in de ochtend klimmen ze in een boom en beginnen hun concert. 

Het geluid wat ze maken klinkt als het 

geblaf van een hond. (Sirene)

Opdrachten:

We gaan nu het werkblad 

over apen maken. 

Blz. 18 t/m 25

Evaluatie:

Is het doel van de les behaald?

- weet je nu hoe intelligent apen zijn?

- weet je nu meer over halfapen?

Wat was jouw inbreng/Op welk niveau heb je gewerkt?