Herhaling H5&H6

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Goedemorgen

Alleen laptop
op tafel (dicht)

Vandaag

Quiz herhaling H5 & H6

Gelijkvormigheid & Statistiek

De hele les herhalen met de quiz, blijf stil!

H5 Gelijkvormigheid

Licht en schaduw

Gelijkvormige figuren

Gelijkvormigheid en factor

Deze schaduwen horen bij...

1. De zon.
2. Een lantaarnpaal.
3. Dat kun je niet weten.

Welke lichtbron geeft de
schaduw bij de paaltjes?

1. De lantaarnpaal
2. Een autolamp
3. De zon
4. Een bouwlamp

Licht en schaduw

zonlicht = evenwijdige lijnen

lamplicht = lichtstralen vanuit één punt

Wat is de overeenkomstige zijde met zijde AC

1. PQ
2. PR
3. RP
4. CA

Wat is de overeenkomstige zijde van zijde LP?

1. MP
2. LM
3. KL
4. NP

Gelijkvormigheid

Pas als ze in dezelfde stand zijn getekend, kun je de factor berekenen met overeenkomstige zijden:

Als twee driehoeken gelijkvormig zijn, dan

1. Moeten alle hoeken even groot zijn
2. Zijn alle drie hoeken evenredig
3. Zijn alle drie zijden even lang
4. Hebben de paren zijden gelijke verhoudingen

Welke factor gebruik je bij deze driehoeken om zijde BD te berekenen?

1. 2,5 : 15 = 0,167
2. 2 : 15 = 0,133
4. 2,5 : 2 = 1,25

Wat is de juiste factor bij deze driehoeken?

1. 10:5=2
2. 8:4=2
3. 6:4=1,5
4. 6:3=2

Welke factor hoort bij deze driehoeken?

1. 182 : 280 =0,65
2. 400 : 280 = 1,43
3. 400 : 182 = 2,2
4. 182 : 400 = 0,46

Wat is de factor van de vergroting?

1. 50 : 39 = 1,28
2. 65 : 50 = 1,3
3. 39 : 65 = 0,6
4. 75 : 39 = 1,92

Wat is de lengte van zijde MS?

1. 75 : 0,6 = 125 cm
2. 50 : 0,6 = 83,35 cm
3. 75 x 0,6 = 45 cm
4. 50 x 0,6 = 30 cm

Hoofdstuk 6 - Statistiek

Wat is de mediaan van een rij getallen?

1. Is hetzelfde als het gemiddelde.
2. Het getal dat het vaakst voorkomt.
3. Het getal dat in het midden staat.
4. Het kleinste getal.

Wat is de mediaan van onderstaande getallen?
1 2 2 3 3 3 4 4 5 6 7 9 9

1. 3
2. 4
3. 4,5
4. 5

Wat is de mediaan van onderstaande getallen?
1 2 2 3 3 3 4 5 6 7 9 9

1. 3
2. 3.5
3. 4
4. 4,5

Wat is de
mediaan?

1. 10
2. 18
3. 20
4. 30

Wat is het derde
kwartiel?

1. 10
2. 18
3. 20
4. 30

Hoeveel procent
zit tussen
de 18 en 30 punten?

1. 25
2. 50
3. 75
4. 100

Hoeveel
leerlingen halen
minder dan 30 punten?

1. 25
2. 50
3. 75
4. 100

Wat is de spreidingsbreedte?
7-5-4-8-3-8-2-9-1-7-5-4-3-7-7-7

Wat is de modus?
7-5-4-8-3-8-2-9-1-7-5-4-3-7-7-7