H2_Kapitel 5/6_Grammatik E_toetsvoorbereiding

Herhaling K5+6 E
1 / 28
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Herhaling K5+6 E

Slide 1 - Slide

Mannelijk      Vrouwelijk      Onzijdig        Meervoud


   der                  die                    das                    die

   ein                 eine                ein                   eine
LIDWOORDEN (de, het, een)

   Staan altijd voor een zelfstandig naamwoord

Slide 2 - Slide

Vul in:
[geen] Gibt es hier .......... guten Restaurants?
A
kein
B
keine

Slide 3 - Quiz

Vul in:
[geen] Gibt es hier .......... guten Restaurants?
A
kein
B
keine

Slide 4 - Quiz

Vul in:
[een] Also, .................... Essen (o) mit dir ist immer toll!
A
ein
B
eine

Slide 5 - Quiz

1. Vul in:
[geen] Felix mag .................... Soße (v).

Slide 6 - Open question

2. Vul in:
[geen] Wir haben noch ......... Salz (o)

Slide 7 - Open question

3. Vul in:
[geen] Hier stehen noch ......... Teller (mv)

Slide 8 - Open question

4. Vul in:
[een] Hast du noch ........... Tasse für mich?

Slide 9 - Open question

5. Vul in:
[een] Ich möchte bitte .......... anderes Glas (o).

Slide 10 - Open question

Ein/eine/
kein/keine kan ik toepassen
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

mein-
mijn
dein-
jouw
sein-
zijn
ihr-
haar
sein-
zijn
unser-
onze, ons
euer-
jullie
ihr-
hun
Ihr-
uw
Bezittelijke voornaamwoorden
Bij hoofdletterwoord 
vrouwelijk en meervoud: +e

Slide 12 - Slide

6. Vul in:

[zijn] Ist das ........Buch (o)?
A
sein
B
seine

Slide 13 - Quiz

7. Vul in:
[mijn] Das ist ........ Freund.
A
mein
B
meine

Slide 14 - Quiz

8. Vul in:
[onze] Das sind ............. Gläser (mv).

Slide 15 - Open question

11. Vul in:
[uw] Wie alt sind .......... Eltern?

Slide 16 - Open question

12. Vul in:
[haar] Ist das nicht .......... Brötchen?

Slide 17 - Open question

13. Vul in:
[hun] Am liebsten isst ......... Sohn Ananas

Slide 18 - Open question

14. Vul in:
[jullie] Wie schmeckt euch .......... Nachspeise?

Slide 19 - Open question

1 (Reiten)
..........du am Samstag?

Slide 20 - Open question

Duitse bezittelijke voornaamwoorden kan ik toepassen
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Werkwoorden met d/t
spielen
antworten
ich
spiel e
antwort e
du
spiel st
antwort e st
er/sie/es
spiel t
antwort e t
wir
spiel en
antwort en
ihr
spiel t
antwort e t
Sie/sie
spiel en
antwort en

Slide 22 - Slide

2 (Reden) ........
Alex oft über sein Hobby?

Slide 23 - Open question

3 Welche Musik (hören)
........... ihr im Auto?

Slide 24 - Open question

4 Robert (besuchen)
.......... die Musikschule in Essen.

Slide 25 - Open question

5 Warum (antworten)
......... Svenja nicht auf meine Frage?

Slide 26 - Open question

6 (Finden)
........ du, dass Rad fahren ein schönes Hobby ist?

Slide 27 - Open question

Duitse werkwoorden op d/t kan ik toepassen
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll