Quizje paragraaf 4.2

Een geestelijke is:
A
Iemand die geesten ziet
B
Iemand in dienst van de kerk
C
Iemand in dienst is van een gemeente
D
Een voorlichter
1 / 19
next
Slide 1: Quiz
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Een geestelijke is:
A
Iemand die geesten ziet
B
Iemand in dienst van de kerk
C
Iemand in dienst is van een gemeente
D
Een voorlichter

Slide 1 - Quiz

In de Middeleeuwen waren het christelijk geloof en de kerk erg belangrijk. Waarom?
A
Mensen hoopten na hun dood in de hemel te komen. Daar was alles goed en mooi.
B
Mensen hoopten dat God hen zou vernietigen.
C
Mensen vonden kerken erg lelijk.
D
Mensen geloofden dat de geestelijken ver van God stonden en hen niet hielpen.

Slide 2 - Quiz

Voor wie was de stad Jeruzalem belangrijk?
A
Joden
B
Christenen
C
Moslims
D
Zowel Joden, Christenen als Moslims

Slide 3 - Quiz

Wat is geen kenmerk van staatsvorming en centralisatie?
A
Centraal bestuur vanuit hoofdstad
B
Minder macht voor de adel
C
Meer macht voor de vorst
D
Meer macht voor de burgers

Slide 4 - Quiz

Wat bedoelen we met staatsvorming?
A
als een land wordt bestuurd door een vorst
B
als een land steeds meer vanuit één plek wordt bestuurd
C
als een land steeds meer als eenheid wordt bestuurd
D
als een land een naam krijgt, zoals Nederland

Slide 5 - Quiz

In de Middeleeuwen werden mensen verbrand op de brandstapel. Wie waren dat?
A
Moordenaars
B
Dieven
C
Heksen (zij die niet Christelijk waren)
D
Leugenaars

Slide 6 - Quiz

De adel
A
De boeren
B
De hertogen
C
Alle edelen samen
D
De keizers

Slide 7 - Quiz

Wat is centralisatie?
A
Regeren vanuit 1 punt
B
Regeren binnen de stad
C
Regeren van een domein
D
Het regelen van de standenmaatschappij

Slide 8 - Quiz

Het christelijke geloof was niet belangrijk voor mensen in de middeleeuwen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Wat zijn: Kruistochten
A
Oorlog tegen de aanhangers van Islam
B
Tocht langs een kruispunt
C
Gelovigen die lopend kruisen gingen verspreiden
D
Een tocht naar een verboden gebied

Slide 10 - Quiz

Wat past NIET bij kruistochten
A
Er vielen veel doden
B
Het Heilige Land werd voor tijdelijk veroverd
C
Het waren handelsreizen
D
De reis duurde jaren

Slide 11 - Quiz

Wat is belasting?
A
Geld dat je krijgt.
B
Geld dat je moet betalen.
C
Geld dat je spaart.
D
Geld dat je uitgeeft.

Slide 12 - Quiz

De middeleeuwen zijn van..
A
350-1000
B
500-1000
C
500-1500
D
1000-1500

Slide 13 - Quiz

Wat is geen geestelijke?
A
Monnik
B
Non
C
Priester
D
Boer

Slide 14 - Quiz

In een democratie hebben de burgers inspraak
A
juist
B
fout

Slide 15 - Quiz

Koningen hadden veel macht. Burgers wilden ook inspraak.

Wat zou inspraak betekenen?
A
Land wordt vanuit 1 plek bestuurd
B
Land steeds meer als eenheid besturen
C
Je mening mogen geven over een besluit
D
Geen mening mogen hebben

Slide 16 - Quiz

Welk geloof was er in de Middeleeuwen in Europa heel belangrijk?
A
Islam
B
Boeddhisme
C
Christendom
D
Hindoeïsme

Slide 17 - Quiz

Moeten belasting betalen
A
eerste stand
B
tweede stand
C
derde stand

Slide 18 - Quiz

De Staten - Generaal is een:
A
soort kantine voor regenten
B
vergadering
C
wijk in Den Haag
D
gewest

Slide 19 - Quiz