Les 1 schooljaar 2024/25

Anfang Schuljahr 2024-2025
1 / 28
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Anfang Schuljahr 2024-2025

Slide 1 - Slide

Klassenregels
  • Geen smartphone (tenzij nodig voor de les)

  • Respect voor elkaar .
  •  Als ik aan het woord ben, zijn jullie stil!!!!!!!!!

  • Vinger opsteken als je iets wilt vragen. 
  • Altijd boeken en schrift mee!
  • Actieve werkhouding in de les. 
  • Algemene schoolregels

Slide 2 - Slide

Periode 1     Idioom 1 
                      Schrijven 1 & 2
Periode 2    Idioom 2
                      KLT
                      MO literatuur
Periode 3    MO 1 & 2
                      Literatuurtoets
                      Diagn. Leestoets

dieses Jahr

Slide 3 - Slide

Klascode learnbeat: TPMPW9

Slide 4 - Slide

Verder
apps die we gebruiken:

- studygo
- speakteach
- duolingo

Slide 5 - Slide

Am 9. Oktober: Examenidioom1
Handelingsdeel
Hoofdstuk  1 t/m 10

Woordjes - betekenis én in de zin zetten


Slide 6 - Slide

Was wisst ihr noch?

Slide 7 - Slide

Meine Familie ... sehr groß.
A
bist
B
ist
C
sind
D
seid

Slide 8 - Quiz

Ich ... einen Hund.
A
bist
B
haben
C
habst
D
habe

Slide 9 - Quiz

Wir .... Spaß haben.
A
sollen
B
werden
C
willen
D
haben

Slide 10 - Quiz

Hoe zeg je in het Duits
alsjeblieft?

Slide 11 - Open question

Hoe zeg je in het Duits
graag?

Slide 12 - Open question

Hoe zeg je in het Duits
Wat zegt u?

Slide 13 - Open question

Wat betekent?

nicht nur...sondern auch
A
niet...maar
B
per slot van rekening
C
als gevolg daarvan
D
niet alleen... maar ook

Slide 14 - Quiz

Wat betekent?

außerdem
A
daarentegen
B
bovendien
C
vandaar
D
namelijk

Slide 15 - Quiz

Wat betekent?

schließlich
A
per slot van rekening
B
hoewel
C
om te bereiken dat
D
inderdaad

Slide 16 - Quiz

Wat betekent?

zusätzlich
A
inderdaad
B
daar komt bij, daarnaast
C
dus, daarom
D
bijvoorbeeld

Slide 17 - Quiz

Wat betekent?

obwohl
A
hoewel
B
namelijk
C
vooral
D
vandaar

Slide 18 - Quiz

Wat betekent?

denn
A
desondanks
B
want
C
dus
D
ook

Slide 19 - Quiz

Wat betekent?

allerdings
A
al helemaal
B
bijvoorbeeld
C
echter
D
pas echt

Slide 20 - Quiz

Wat betekent?

jedenfalls
A
in elk geval
B
noch ... noch
C
zelfs
D
bijvoorbeeld

Slide 21 - Quiz

Hoe schrijf je in het Duits:?
jouw telefoon

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

Sag mal:

- wie du heißt;
- wie alt du bist;
- ob und wieviel Geschwister du hast;
- wo du wohnst;
- ob und welche Haustiere du hast ;


Slide 24 - Slide

Wie geht es euch heute?

Slide 25 - Slide

Schrijf nu een hobby van jezelf op in het Duits!

Slide 26 - Open question

Was ist das schönste / coolste/ beste,
dass du diesen Sommer gemacht hast?

Slide 27 - Slide

Tschüss und Dankeschön!

Slide 28 - Slide