4.4.1. indeling van natuur 4.4.2. bacteriën, virussen, schimmels

Evolutie
Thema 4
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Evolutie
Thema 4

Slide 1 - Slide

Biologen houden zich bezig met de levende natuur.
Een levend wezen noem je een organisme
Mededelingen:
BINAS

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Basisstof 1: Indeling van de levende natuur
Thema 4: Evolutie

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

https://schooltv.nl/video/clipphanger-hoe-is-het-leven-op-aarde-ontstaan/

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Criteria voor indeling
- Uiterlijke kenmerken (aantal cellen, celtype, organellen)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

3 Domeinen, 4 rijken
4 celtypen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Criteria voor indeling
- Uiterlijke kenmerken (aantal cellen, celtype, organellen)
- Voedingswijze (autotroof/ heterotroof)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Wat?
Zoek in je boek de betekenis op van de volgende woorden en schrijf ze in je aantekeningenschrift:
organische stoffen
anorganische stoffen
autotroof
heterotroof
prokaryoot
eukaryoot
Hulp nodig?
check je boek: Thema 4, basisstof 1
Klaar?
Lees en maak Thema 4 BS1 (opdr. 2, 3, 5, 7, 9 t/m 13)
timer
7:00
Aan de slag!

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Welke van onderstaande moleculen hoort bij de organische stoffen?
A
Zetmeel
B
Zuurstof
C
Keukenzout (NaCl)
D
Calcium

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Welke van onderstaande organismen is autotroof?
A
Dieren
B
Schimmels
C
Planten
D
De meeste bacteriën

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Indeling levende natuur: drie domeinen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Pro- vs. eukaryoot
In een handvol vruchtbare aarde bevinden zich meer prokaryotische organismen dan er ooit aan mensen hebben geleefd. Deze prokaryoten zijn verdeeld over ongeveer 10.000 verschillende soorten.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Basisstof 2: Bacteriën, virussen, schimmels
Thema 4: Evolutie

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Bacteriën, virussen, schimmels
Let op: virussen
staan hier niet bij!

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Bacteriën & Schimmels

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Schimmel meercellig
Schimmel eencellig (bijv. gisten)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Virussen
Een virus is geen organisme, omdat virussen:
• niet worden gezien als levend
• niet uit cellen bestaan
• geen cytoplasma of kernplasma hebben
• zelf geen stofwisseling hebben

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Link

This item has no instructions

Aan de slag!
Wat?
Zoek in je boek de betekenis op van de volgende woorden en schrijf ze in je aantekeningenschrift:
Bacteriën
Cirkelvormig chromosoom
Plasmide
RNA
DNA-virussen
RNA-virussen
Eiwitmantel
Hulp nodig?
check je boek: Thema 4, basisstof 2
Klaar?
Lees en maak Thema 4 BS1 (opdr. 2, 3, 5, 7, 9 t/m 13)
en BS2  (14-16, 19, 21, 23-25)
timer
7:00
Aan de slag!

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen check

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Welke organellen komen voor bij elke cel (dierlijk, plantaardig, schimmels en bacteriën)
A
Celmembraan en cytoplasma
B
Celmembraan, celkern en cytoplasma
C
Celmembraan, celkern , ribosomen en cytoplasma
D
Celmembraan, celkern , mitochondrien en cytoplasma

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Organisch of anorganisch ? 
Sleep de moleculen naar de juiste categorie.
anorganische moleculen
organische moleculen
water
glucose
zetmeel
zuurstof
aminozuur
eiwit
CO2
nitraat
DNA
stikstof (N2)
RNA
chlorophyl

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions

Bamboe is (1) en een panda is (2)
A
(1) autotroof (2) autotroof
B
(1) autotroof (2) heterotroof
C
(1) heterotroof (2) autotroof
D
(1) heterotroof (2) heterotroof

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een eukaryoot en een prokaryoot?
A
Eukaryoot wel celkern Prokaryoten geen celkern
B
Eukaryoot geen celkern Prokaryoten wel celkern
C
Eukaryoot wel celwand Prokaryoten geen celwand
D
Eukaryoot geen celwand Prokaryoten wel celwand

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Noem een voor de mens
nuttige bacterie

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

Huiswerk
Lees en maak de bijbehorende vragen:
4.4.1. Indeling van de levende natuur (opdr. 2, 3, 5, 7, 9-13)
4.4.2. Bacteriën, virussen, schimmels (14-16, 19, 21, 23-25)

Slide 29 - Slide

This item has no instructions