Grammatica en Spelling P4 les 4

Grammatica: zinsdelen
Enkelvoudige en samengestelde zinnen 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Grammatica: zinsdelen
Enkelvoudige en samengestelde zinnen 

Slide 1 - Slide


WOORDSOORTEN
  1. Werkwoorden
  2. Naamwoorden
  3. Lidwoorden
  4. Voornaamwoorden
  5. Voegwoorden
  6. Voorzetsels


ZINSDELEN
  1. Persoonsvorm
  2. Gezegde
  3. Onderwerp
  4. Lijdend voorwerp
  5. Meewerkend voorwerp
  6. Bijwoordelijke bepaling

Slide 2 - Slide

De regering geeft het onderwijs extra geld.

Slide 3 - Open question

Zij leent haar zus nooit iets.

Slide 4 - Open question

ENKELVOUDIGE ZIN
SAMENGESTELDE 
ZIN
Meer dan één persoonsvorm
Eén persoonsvorm

Slide 5 - Drag question

Zinnen

  • Enkelvoudige zin: 1 persoonsvorm

  • Samengestelde zin: meer dan 1 persoonsvorm

Slide 6 - Slide

Vandaag ben ik vijfendertig geworden.
A
Samengestelde zin
B
Enkelvoudige zin

Slide 7 - Quiz

Morgen vier ik mijn verjaardag, want gisteren kon ik het niet vieren.
A
Samengestelde zin
B
Enkelvoudige zin

Slide 8 - Quiz

Omdat jij nooit geheimen verklapt, heeft Tim jou verteld dat hij gek is op Janneke.
A
Samengestelde zin
B
Enkelvoudige zin

Slide 9 - Quiz

Ik vertel jou een mooi verhaal over Tim.
A
Samengestelde zin
B
Enkelvoudige zin

Slide 10 - Quiz

Mijn broertje heeft morgen een examen, maar hij heeft geen zin om te leren.
A
Samengestelde zin
B
Enkelvoudige zin

Slide 11 - Quiz

Hoofdzin vs. bijzin

  • Enkelvoudige zin: altijd een hoofdzin

  • Samengestelde zin: ...

Slide 12 - Slide

Maken 2.3 van GRAM2 (3F)
2.3 enkelvoudige zinnen en 
samengestelde zinnen
timer
7:00

Slide 13 - Slide