30 jan. Meinung über Schule

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Donnerstag den 30. Januar 2025

Was ist deine Meinung über Schule?

Noem zo veel mogelijk woorden die met school te maken hebben (Duits of Nederlands)

Wie oft redest du Zuhause über Schule?

Ich rede nicht von Schule

Eher selten

Manchmal

Oft

Ich rede nur über Schule

Hoe heet het gemarkeerde deel in de zin?
"Sie macht sich Sorgen um [ihre Slechte Noten]".
(Ihre slechte Noten)

Was machen wir heute?

Am Ende der Stunde kannst du: 

1. deine Meinung über etwas in der Schule äußern

Dazu musst du:

1. die Schulsachen- und Fächer nennen können
2. Deutsche Sätze zersetzen können

Wörter-Wette

Welk groepje kan zo veel mogelijk unieke woorden (in Duits) verzamelen? 

in Dreiergruppen (schrijver, vertaler, checker)

Fünf Minuten

Deutsche Übersetzung

Elk uniek woord met je groep: 1 punt.

thema: school, klas, schoolwerk, rooster

Wörter-Wette: Punkte zählen

zet een x voor elk woord dat een andere groep ook heeft. De overige woorden zijn jouw punten.

Welk groepje heeft de meeste punten?

Welche Wörter hattest du noch nicht?

Lese mit auf Seite einundvierzig und schreibe auf

Deutsche Sätze zersetzen

Zinsdelen vind je door een vraag te stellen:

• werkwoordelijk gezegde: wat doet het onderwerp?
• Onderwerp / 1e naamval: Wie + gezegde?
• Lijdend voorwerp / 4e naamval: wie/wat + gezegde + onderwerp?

Hoe vind je de verschillende naamvallen?

1. manier 1: vraag stellen
2. manier 2... ?

• Vaste voorzetsels! durch, für, gegen, ohne, um, bis

• Onderwerp: 1e naamval = Nominativ/ 1. Fall

• Lijdend voorwerp: 4e naamval = Akkusativ / 4. Fall

Beispiel

Der Detektiv untersucht den Fall.

Der Detektiv untersucht den Fall.

Kenmerken:

• voorzetsel?
• vraag?
• lidwoord (Artikel)? (der/die/das/den/dem)

(Artikel kommen in Kapitel 7!)

Oefenen 

1. Der Mann kauft ein Bleistift.
2. Die Lehrerin sucht das Kind.
3. Ich habe sieben Unterrichtsstunden.
4. Ich mag Mathe nicht.
5. Wir lieben Hausaufgaben.

Kenmerken:

• voorzetsel?
• vraag?

Übt weiter!

Maak opdracht 19 en 20. Lees de instructie goed.

10 minuten in je eentje.

Klaar? Huiswerk:

•  maken 23A
• leren Schreibecke E und alle Wörter bis D+F

Jetzt darfst du selber schreiben

Maak E23.

Beantwoord de vragen uit de opdracht en voeg toe: 

wat vind jij goed op school? "Ich finde ... " "Mein Lieblingsfach ist..., weil ... " etc. Wees creatief, geef je mening over school

Klaar? Oefen samen Plauderecke C.

Was ist deine Meinung über Schule? Schreibe ein ganzen Satz (1. Fall, 4. Fall, Wwg)

Haben wir die Ziele geschafft?

Am Ende der Stunde kannst du: 

1. deine Meinung über etwas in der Schule äußern

Dazu musst du:

1. die Schulsachen- und Fächer nennen können
2. Deutsche Sätze zersetzen können

Hausaufgaben:

herhalen woordjes A,B en Plauderecke C 

leren woordjes DF, Schreibecke E en grammatica C en E