This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Je hebt alle opdrachten af van thema 1 hoofdstuk 1 en 2!
A
JA
B
NEE
Slide 2 - Quiz
Thema 1, H3 werken in een MZ organisatie
Organisaties
zijn doelgericht
bestaan uit mensen die met elkaar samenwerken
medewerkers gebruiken middelen en methoden
hebben een bepaalde structuur
er is sprake van leiding
Slide 3 - Slide
non-profitorganisaties
A
Zijn organisaties die geen winst maken
B
Zijn organisaties die winst maken
Slide 4 - Quiz
Wat was ook alweer het verschil tussen een doel, een missie en een visie bij een bedrijf
Slide 5 - Open question
Vind je dat je bij een bedrijf kunt werken als je niet achter het doel, de missie en de visie staat?
A
JA
B
NEE
Slide 6 - Quiz
Beleid
doelen vertellen wat een organisatie wil bereiken. De doelen geven nog niet concreet aan wat er moet gebeuren daarvoor heb je beleid. Beleid is het omzetten van de doelen in plannen en afspraken.
Slide 7 - Slide
strategisch beleid
tactisch beleid
operationeel beleid
het gaat hier om doelen voor de langere termijn, ze zijn abstract omschreven
het beleid wordt vertaald in concrete activiteiten door het middenmanagement. het gaat over de middellange termijn.
de concrete activiteiten worden op dit niveau uitgevoerd. je krijgt te maken met het hoe, wanneer en op welke manier
Slide 8 - Drag question
organisaties werken met drie planningstermijnen
langetermijnplanning
middellangeplanning
kortetermijnplanning
dit gaat om een periode van een jaar of korter. bijvoorbeeld het organiseren van een uitje voor bewoners
dit gaat om een periode van minimaal drie jaar. voornamelijk besturen, beleidsmedewerkers en het management gebben hier mee te maken. Bijvoorbeeld het verhuizen van een instelling
dit gaat om een periode van 1 - 3 jaar. hier heeft het management mee te maken maar ook de medewerker op tactisch niveau. bijvoorbeeld nieuwe dienstverlening
Slide 9 - Drag question
Wat versta je onder de hiërarchie in een organisatie.
Slide 10 - Mind map
Slide 11 - Slide
organigram
de structuur is van grote invloed op de organisatie en het bereiken van de doelen.
lijnorganisatie
lijn-staforganisatie
projectorganisatie
matrixorganisatie
zelfsturende teams
Slide 12 - Slide
lijnorganisatie
je weet in 1 oogopslag wie wat te zeggen heeft over een ander. hoe hoger een functionaris in het schema staat hoe meer hij te zeggen heeft in de organisatie.
(linking-pinstructuur zie je alleen in de non-profetsector elke afdeling levert 1 persoon om hun te vertegenwoordigen op een hoger niveau dit gebeurt bijv. bij verenigingen)
Slide 13 - Slide
lijn-staforganisatie
is een lijnorganisatie waaraan een staf is toegevoegd. Een staf is een onderdeel binnen de organisatie dat advies geeft. Denk aan een psycholoog, een onderwijskundig medewerker een maatschappelijk werken.
Slide 14 - Slide
projectorganisatie
het project is een tijdelijke, grote klus. Het project stopt als de afgesproken tijd voorbij is of wanneer het project een definitieve vorm krijgt. Iedere deelnemer heeft zijn eigen specialiteit en inbreng. Je hebt wel vaak een projectleider.
Slide 15 - Slide
Matrixorganisatie
een projectorganisatie is altijd tijdelijk een matrixorganisatie werkt ook met projecten, maar die zijn permanent (ze lopen door). ze hebben twee leidinggevende 1 de manager van de afdeling en 2 de manager van het project.
Slide 16 - Slide
zelfsturende teams
Kijk het volgende filmpje
https://youtu.be/IulnnnNEnWM
(duurt 6 minuten)
Slide 17 - Slide
Wat zijn zelfsturende teams en noem een voordeel en een nadeel
Slide 18 - Open question
Huiswerk komende 2 weken ;)
volgende week (3 november): alle opdrachten af van thema 1