Mijn proefles

1 / 24
next
Slide 1: Slide
Economie & OndernemenMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Welke vorm van inkomen is dit?
A
Loon of salaris
B
Winst
C
Zakgeld
D
Kinderbijslag

Slide 7 - Quiz

Welke vorm van inkomen is dit?
A
Loon of salaris
B
Winst
C
Uitkering
D
Kinderbijslag

Slide 8 - Quiz

Welke vorm van inkomen is dit?
A
Loon of salaris
B
Winst
C
Uitkering
D
Kinderbijslag

Slide 9 - Quiz

Welke vorm van inkomen is dit?
A
Loon of salaris
B
Winst
C
Uitkering
D
Kinderbijslag

Slide 10 - Quiz

Van welk soort inkomen kun je van tevoren niet weten hoeveel het is?
A
Loon
B
Salaris
C
Uitkering
D
Winst

Slide 11 - Quiz

Leg met een voorbeeld uit dat iemand meerdere soorten inkomens tegelijk kan ontvangen

Slide 12 - Open question

REKENEN
Hoeveel procent van de scholieren van 13 jaar krijg geen zakgeld?

Slide 13 - Open question

REKENEN
Er zijn 204.000 scholieren van 14 jaar. Bereken het aantal 14-jarigen dat geen zakgeld krijgt.

Slide 14 - Open question

Twan krijgt 7 euro zakgeld per week. Hoeveel krijgt Twan dan per maand?
A
28 euro
B
29,20 euro
C
30 euro
D
30,33 euro

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Je koopt elke week een tijdschrift voor € 4,50. Je zou ook een abonnement kunnen nemen voor € 18,50 per maand. Wat is het voordeligst?

Slide 18 - Open question

€ 80,00 per maand is
A
Meer dan € 20,00 per weeek
B
Minder dan € 20,00 per week
C
Precies € 20,00 per week

Slide 19 - Quiz

Je hebt € 7,50 inkomsten per week en je geeft € 31 per maand uit. Hoeveel houd je per maand over of kom je tekort?

Slide 20 - Open question

Op het bord.. Maak een verhoudingstabel en laat zien hoe je daarmee een bedrag van € 25 per maand omrekent naar een bedrag per week.

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide