8 juni: les 57, 58, 59, 82

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom mavo 1CTekst

Pak erbij: laptop en log in op LessonUp!

Pak erbij: Kern, schrift en pen (maar nog dicht)

Welkom mavo 1C

Startklaar!

Pak erbij: 

Laptop en log in op LessonUp

pen

schrift/map

Kern

Vandaag donderdag 8 juni:

Aan de slag met signaalwoorden met een tekst

en les 82

 

Deze week lees je je leesboek uit!

Les 57, 58, 59

Signaalwoorden

Je leert tekstverbanden herkennen 

Je kunt uitleggen welke rol signaalwoorden in zinnen hebben.

Je begrijpt teksten beter door te letten op signaalwoorden. 

Signaalwoorden

• Geven relaties tussen alinea’s en zinnen aan:

Honden zijn leuker dan katten, want honden rennen achter een bal aan. Daarnaast zijn honden heel goed in kunstjes leren. Tot slot komen honden je altijd gedag zeggen als je binnenkomt. 

Geef de signaalwoorden in:
"Ik lees, omdat ik me dan ontspan."

Geef de twee signaalwoorden in:
"Dat gebeurt bijvoorbeeld als ik een boek spannend vind."

Geef de signaalwoorden in:
"Voordat ik aan mijn huiswerk begin, lees ik vaak even."

Geef de signaalwoorden in:
"Ik ga naar school en ik neem de fiets."

Geef de signaalwoorden in:
"Zo lees ik nu Boy7 van Mirjam Mous. Superspannend!."

Geef de signaalwoorden in:
"Kortom: ik kom altijd op tijd."

Klap je laptop dicht.

En ga bij Kern naar pg 118. 

Signaalwoorden

Let bij het lezen van een tekst goed op de signaalwoorden om verbanden te herkennen en de tekst beter te begrijpen!

Signaalwoorden kun je indelen bij bepaalde kenmerken: 

opsomming: en, ook, bovendien, ten eerste, ten tweede, verder. 

Zie pg 118, 120 en 122 in Kern.
 

Signaalwoorden

Let bij het lezen van een tekst goed op de signaalwoorden om verbanden te herkennen en de tekst beter te begrijpen!

Ken je de signaalwoorden nog niet uit je hoofd, pak dan pg. 118, 120 of 122 erbij. 

Kijk naar vraag 1 en 2 van het stencil. 

 

Wat	Maak opdracht 3 t/m 7 van het werkblad '
Tijd	15 minuten. Daarna klassikaal bespreken.
Eerder klaar?	Maak les 68, opdracht 5.

eerder klaar? Maak uit Les 68 opdracht 3, 5 of 7. 

Wat	Maak alle opdracht van het werkblad '
Tijd	15 minuten. Daarna klassikaal bespreken.
Eerder klaar?	Maak les 68, opdracht 5.

eerder klaar? Maak uit Les 68 opdracht 3, 5 of 7. 

Antwoorden bespreken!

Opdracht 1

De tekst 'Tandenborsteldag'. 

Waar gaat de tekst over? 

Opdracht 1

Lees de tussenkopjes in de tekst 'Tandenborsteldag'. 

Waar gaat de tekst over? 

Over tandenpoetsen, gezondheid, mogelijke gevolgen

Opdracht 2

In de tekst zijn 5 signaalwoorden onderstreept: 

vroeger

daardoor

alhoewel

maar

ook

Welke verbanden geven ze aan? 

Opdracht 2

In de tekst zijn 5 signaalwoorden onderstreept: 

vroeger > tijd

daardoor > oorzaak - gevolg

alhoewel > tegenstelling

maar > tegenstelling

ook > opsomming

Welke verbanden geven ze aan? 

Opdracht 3

In alinea 2 staan nog 2 signaalwoorden. Welke zijn dit en welk verband geven ze aan?

Opdracht 3

Opdracht 4

Waarover geeft de tekst vooral informatie?

A de hygiëne in de afgelopen 300 jaar

B de vooruitstrevendheid van Napoleon

C de ontwikkeling van het tandenpoetsen

Opdracht 4

Waarover geeft de tekst vooral informatie?

A de hygiëne in de afgelopen 300 jaar

B de vooruitstrevendheid van Napoleon

C de ontwikkeling van het tandenpoetsen