03-02 present perfect

In today's lesson:
  • Present Perfect 
(deel van unit 3)

1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

In today's lesson:
  • Present Perfect 
(deel van unit 3)

Slide 1 - Slide




Unit 3:         
  • woordjes: lesson 2 & lesson 5
  • expressions A en E
  • grammatica: present perfect
     


    Unit 4:
    • woordjes: lesson 2 & lesson 5
    • expressions A-B-C-D-E 
    • grammatica:
    past simple vs. present perfect, some- en any- met vervoegingen
    Stof toets Unit 3 en 4 samengevoegd

    Slide 2 - Slide

    Wanneer gebruik je de present perfect?

    - Je gebruikt de present perfect om te praten over iets wat in het verleden is begonnen, en nu nog aan de gang is

    Elizabeth has lived in the city for 10 years now.

    Slide 3 - Slide

    Wanneer gebruik je de present perfect?

    - Je gebruikt de present perfect om te praten over iets wat in het verleden is gebeurd en waar je nu nog resultaat van merkt.

    Tom has broken his laptop (now he can't use it)


    Slide 4 - Slide

    Wanneer gebruik je de present perfect?

    - Je gebruikt de present perfect om te praten over ervaringen.

     They have never been to France before.
    Have you ever run a marathon?

    Slide 5 - Slide

    Hoe maak je de present perfect?
    Have / has + voltooid deelwoord

    Have -> I, you, we, they 
    Has -> He, she, it

    vb: I have eaten an apple.
    vb: She has bought a new car.

    Slide 6 - Slide

    Wat is het voltooid deelwoord?
    Werkwoord + ed 
     vb: They have painted the walls white

    OF

    Onregelmatige werkwoorden: Het derde rijtje achterin je boek
    vb: She has bought a new car

    Slide 7 - Slide

    De present perfect in de zin herkennen

    Signaalwoorden voor de Present Perfect zijn: FYNE JAS

    • For
    • Yet
    • Never
    • Ever
    • Just
    • Always



    • Since


    Slide 8 - Slide

    Een vraagzin maken  (?)

    Have/Has + onderwerp + voltooid deelwoord 

    vb: Have they finished the project yet?
    Have you visited London?

    Slide 9 - Slide

    Een ontkennende zin maken (-)

    Have/has + not + voltooid deelwoord

    vb: I have not finished my homework.
    vb: They have not fixed the car yet.

    Slide 10 - Slide

    Practice
    Present perfect: 

    Example: 
    +   He ..... (work) here for ten years.
    -   They.... (not be) to France before.
    ?   ..... you....(read) this novel yet?

    Slide 11 - Slide

    Practice
    Present perfect: 

    Example: 
    +   He has worked here for ten years.
    -   They haven't been to France before.
     Have you read this novel yet?

    Slide 12 - Slide

    Wanneer gebruik je de present perfect?
    A
    het is in het verleden begonnen en het is nog zo, of er is resultaat
    B
    bij feiten, gewoontes en regelmaat.
    C
    wanneer het nog moet gaan gebeuren.
    D
    als het nu gebeurt.

    Slide 13 - Quiz


    Wat is de regel van de present perfect?
    A
    ww+ ed
    B
    shit = ww+s
    C
    vorm van to be + ww+ing
    D
    have/has + voltooid deelwoord (3e rijtje)

    Slide 14 - Quiz

    Welk werkwoord is ALTIJD aanwezig in de present perfect?
    A
    do of does
    B
    am of are
    C
    have of has
    D
    was of were

    Slide 15 - Quiz

    PRESENT PERFECT:
    in welke zin wordt de present perfect gebruikt?
    A
    She was working until late.
    B
    She worked until late.
    C
    She has worked until late.
    D
    She has been working until late.

    Slide 16 - Quiz

    Present perfect
    I .......................... (know) Daryl for years

    Slide 17 - Open question

    maak een zin met de present perfect

    Slide 18 - Open question

    Homework
    §3.2 

    Ex. 5, 6, 7 & 8

    Slide 19 - Slide