What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Theme 7 - Should and have to
Planning les
- uitleg Grammar J
- zelfstandig werken planner
- Planning toetsen
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Planning les
- uitleg Grammar J
- zelfstandig werken planner
- Planning toetsen
Slide 1 - Slide
Wat betekent het woord
should
&
shouldn't
in het Nederlands?
-
Hmmm. You
should
try this!
- You
should
stop eating fast food. It is unhealthy.
- Sarah
should
go to the doctor, she looks sick.
- Mary
shouldn't
drink so much wine.
- You
shouldn't
do that! It's not allowed.
- You
shouldn't
watch so much tv. It will give you a headache.
Slide 2 - Slide
Vertaal SHOULD and SHOULDN'T
naar het Nederlands.
timer
1:00
Slide 3 - Open question
should
and
shouldn't
Je gebruikt
should
(not)
+
het hele werkwoord
als je vind dat iets
wel
of
niet
zou moeten.
Je wilt bijvoorbeeld advies geven of iets afraden.
Slide 4 - Slide
Wat betekent het woord
has to / have to
in het Nederlands?
- It's important. You
have
to
do this for your mother.
- I can't go to the movies. I
have to
do my chores first.
- She
has to
finish her homework before she can go out to play.
Slide 5 - Slide
Wat betekent het woord
has to / have to in het Nederlands?
timer
0:45
Slide 6 - Open question
Wat betekent
don't have to/ doesn't have to
?
- You
don't have to
eat
all those fries. Just leave them.
- My grand partents
don't have to
work
anymore.
- She
doesnt have to
do
that if she doesn't want to.
Slide 7 - Slide
Wat betekent don't have to/
doesn't have to?
timer
0:45
Slide 8 - Open question
Je gebruikt
has to / have to +
het hele werkwoord
als iets van
iemand anders moet
Je gebruikt
doesn't have to / don't have to +
hele werkwoord
als iets
niet hoeft
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Welk signaalwoord geeft oorzaak/ reden aan?
A
and
B
but
C
because
Slide 11 - Quiz
Welk signaalwoord geeft een voorbeeld aan?
A
because
B
and
C
for example
D
but
Slide 12 - Quiz
Welk signaalwoord geeft meer informatie of een opsomming aan?
A
and
B
but
C
because
Slide 13 - Quiz
When betekent:
A
nadat
B
omdat
C
waar
D
wanneer
Slide 14 - Quiz
Since betekent:
A
nadat
B
maar
C
aangezien
Slide 15 - Quiz
Although betekent:
A
hoewel
B
maar
C
daarom
Slide 16 - Quiz
Exercises
Maak de opdrachten van grammar J
Zorg dat je per week minimaal 7 opdrachten maakt
BK
KGT
GRAMMAR J
GRAMMAR J
Slide 17 - Slide
Toetsplanning Periode 4
SO THEME 7 donderdag 20 mei
Reading donderdag 3 juni
Listening
d
atum volgt nog
SO THEME 8
datum volgt nog
Slide 18 - Slide
More lessons like this
Theme 7 - Should and have to
May 2021
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Should and have to + voegwoorden
June 2023
- Lesson with
16 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
V2d Modals
February 2024
- Lesson with
18 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
mh/hv 12-02
February 2021
- Lesson with
21 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
have to - should - must class 2
December 2022
- Lesson with
15 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Model verbs - must/have to/should
November 2022
- Lesson with
21 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
Modals
6 days ago
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
herhaling chapter 2 must/have to/should
March 2021
- Lesson with
28 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2