Congruentie

Wat is juist?

1. Een groep wielrenners viel vlak voor de finish.
2. Een groep wielrenners vielen vlak voor de finish.

Wat is juist?

1. Een kudde koeien staat in de wei.
2. Een kudde koeien staan in de wei.

Wat is juist?

1. Men zien door de bomen het bos niet meer.
2. Men ziet door de bomen het bos niet meer.

Gelijkheid in getal noemen we congruentie.

Onderwerp en persoonsvorm moeten gelijk zijn in getal. Dus als het onderwerp enkelvoud is, moet de persoonsvorm
ook enkelvoud zijn. En als het onderwerp meervoud is, moet de persoonsvorm ook meervoud zijn.

Enkelvoud of meervoud?

Soms is het lastig vast te stellen of het onderwerp in het enkelvoud of het meervoud staat. Dan is het ook lastig vast te stellen of de persoonsvorm in het enkelvoud of het meervoud staat.

Wat is juist?

1. Een aantal mensen komt te laat.
2. Een aantal mensen komen te laat.

Wat is juist?

1. Een groep leerlingen zijn te laat in de les gekomen.
2. Een groep leerlingen is te laat in de les gekomen.

Wat is juist?

1. Een deel van de mensen koopt alleen nog online.
2. Een deel van de mensen kopen alleen nog online.

Wat is juist?

1. 25% van de leerlingen zakt voor het examen.
2. 25% van de leerlingen zakken voor het examen.

Wat is juist?

1. De media doet verslag van een grote brand in Rhoon.
2. De media doen verslag van een grote brand in Rhoon.

Wat is juist?

1. Een school vissen zwemt.
2. Een school vissen zwemmen.

Wat is juist?

1. Een groot deel van de leerlingen maakt het huiswerk niet.
2. Een groot deel van de leerlingen maken het huiswerk niet.

Wat is juist?

1. Zes teams van sloftbalclub De Club traint op woensdagavond.
2. Zes teams van sloftbalclub De Club trainen op woensdagavond.

Gelijkheid in getal noemen we congruentie.

In een congruente zin zijn onderwerp en persoonsvorm zijn gelijk aan elkaar.

Maak de goede combinatie.
een bataljon ...

1. bijen
2. wolven
3. soldaten
4. zeehonden

Maak de goede combinatie.
een kolonie ...

1. bijen
2. wolven
3. soldaten
4. zeehonden

Maak de goede combinatie.
een zwerm ...

1. bijen
2. wolven
3. soldaten
4. zeehonden

Maak de goede combinatie.
een roedel...

1. bijen
2. wolven
3. soldaten
4. zeehonden

Huiswerk:

maken opdracht: 15 t/m 17 blz. 33