This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Hoe zit je erbij vandaag?
Lesdoelen
Kunnen jullie de kenmerken van de midden - en late adolescentie benoemen.
Kunnen jullie drie identiteitsontwikkelingen beschrijven.
Kunnen jullie een voorbeeld geven van externe differentiatie en interne differentiatie in de klas.
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Lesprogramma
Terugblik vorige les
Adolescentie
Differentiëren
Evalueren
Slide 3 - Slide
Na opnoemen lesprogramma.
Vorige week hebben wij het gehad over stop gedrag van 'van Geel' en klassenmanagement. Ik vroeg mij af of er in de afgelopen week na de les ervaringen in de praktijk zijn geweest?
Adolescentie
Slide 4 - Mind map
De docent vraagt aan de studenten wat komt er bij je op als je denkt aan het woord ‘adolescentie’. 5 min
- In Westerse wereld start puberteit eerder (meisjes eerder, 10,5/11,5).
- Einde adolescentie moeilijk aan te geven. Cultuurbepalend.
- Omgeving waar je in opgroeit ook van invloed op de manier waarop en in welk tempo je ontwikkelt.
Slide 5 - Video
Hoe heb je, jouw adolescentie periode ervaren? 5min
Welke drie identiteitsontwikkelingen kwamen in het filmfragment voor?
Slide 6 - Open question
Lichamelijke/biologische 5 min verandering
Cognitieve ontwikkeling/verandering
Socio-emotionele verandering (in het boek psychologische ontw.) voelen en het ervaren/veranderingen id omgang met anderen
Kenmerken midden adolescentie
Identiteit
Experimenteren
Kenmerken late adolescentie
Zelfbeeld en zelfgevoel
Verantwoordelijkheid nemen en keuzes maken
Cognitieve ontwikkeling
Slide 7 - Slide
Drie periodes binnen de adolescentie:
Vroege adolescentie +/- 11-15 jaar
Midden adolescentie +/- 15-18 jaar
Identiteit: nog steeds opzoek naar identiteit. Vriendschappen belangrijkrijk en gemengder.
Experimenteren; veel keuzemogelijkheden (seksuele) drugs etc.
Late adolescentie +/- 18-22 jaar
Zelfbeeld/zelfgevoel (de vraag wie ben ik word hier beantwoord). bewuster wat je wil, wie je bent ect.
Verantwoordelijkheid nemen en keuzes maken (meer vooruit kijken/langere termijn kijken)