Het leren beheersen van spieren loopt via een vaste volgorde:
1. Van boven naar beneden:
hoe dichter de spier zich bij de hersenen bevindt, hoe eerder de spier wordt beheerst.
2. Van dichtbij naar veraf:
hoe dichter de spier zich bij de romp bevindt, des te eerder de spier wordt beheerst
3. Van ongericht naar gericht:
van ongerichte, toevallige bewegingen naar doelgericht, beheerste bewegingen.
4. Van grof naar fijn:
de baby leert eerst de spieren beheersen waarmee grotere bewegingen worden gemaakt Van grove naar fijne motoriek.