3 havo - 12.1 Keuzevoorzetsel en schrijfopdracht en blackout

bei Deutsch
3. Klasse havo
Periode 3 
KW 11
vandaag:
studieplanner
LessonUp
schrijven
Willkommen!
LernZiel:
Je weet hoe je de keuzevoorzetsels gebruikt
Je kan een stukje tekst schrijven
Heute:
StudiePlanung
LessonUp
Schreiben
Rebus:
🧼             👅               🐶  
s=k          zu=ah           -h
f=n           -ge              d=g
                          
 

     
1 / 22
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

bei Deutsch
3. Klasse havo
Periode 3 
KW 11
vandaag:
studieplanner
LessonUp
schrijven
Willkommen!
LernZiel:
Je weet hoe je de keuzevoorzetsels gebruikt
Je kan een stukje tekst schrijven
Heute:
StudiePlanung
LessonUp
Schreiben
Rebus:
🧼             👅               🐶  
s=k          zu=ah           -h
f=n           -ge              d=g
                          
 

     

Slide 1 - Slide

Studieplanner
KW 6  = voorz. 3e naamval + Buch B Seite 108
KW 7  = voorz. 4e naamval + Buch B Seite 110
KW 8  = voorz. 3e + 4e naamval + Buch B Seite 160
KW 9 FrühlingsFerien
KW 10 = voorz. 3e + 4e naamval + Buch B Seite 162
KW 11  = TOETS lezen en idioom
KW 12 = alle voorzetsel + naamvallen + blz. 161 ook zinnen
KW 13 = alle voorzetsel + naamvallen + blz. 163 ook zinnen
KW 14 = alle voorzetsel + naamvallen + blz. 161 & 163 ook zinnen
KW 15 toetsweek

Slide 2 - Slide

an 
auf
hinter
neben
in
über 
unter 
vor zwischen
Keuze-voorzetsels
4e
3e
stilstand
beweging
Wo?
Wohin?

Slide 3 - Slide

Welke naamval moet er volgen?

Ich laufe hinter ... nach Hause.
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 4 - Quiz

Welke naamval moet er volgen?

Ich stehe hinter ...
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 5 - Quiz

Welke naamval moet er volgen?

Ich laufe hinter ... .
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 6 - Quiz

an 
auf
hinter
neben
in
über 
unter 
vor zwischen
7-2 regel
4e
3e
stilstand
beweging

Slide 7 - Slide

Welke naamval moet op de ...?

Ich spreche über ... mit meinem Freund.
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 8 - Quiz

Welke naamval moet op de ...?

Ich spreche mit ...
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 9 - Quiz

Welke naamval moet op de ...?

Ich gehe durch ...
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 10 - Quiz

3
mit
nach
bei
seit
von
zu 
aus
außer
entgegen
gegenüber
4
durch
für
ohne
um
bis
gegen
entlang

Slide 11 - Slide

3
m
n
b
s
v
z
a
a
e
g
4
d
f
o
u
b
g
e

Slide 12 - Slide

Schrijfopdracht
1. Mijn naam is …… / Ik heet ……
2. Ik ben …… jaar oud.
3. Mijn moeder is politieagente en mijn vader werkt als maatschappelijk werker in een verzorgingstehuis.
4. Ik weet nog niet precies wat ik wil worden.
5. Om hotelmanager te worden, moet je vreemde talen studeren.
6. Ik spreek alleen goed Engels.
7. Misschien word ik politieagent net als mijn moeder.

timer
10:00
individueel

Slide 13 - Slide

Blackout
Richtige Antwort auf Deutsch = 2 Punkte

Richtige Antwort auf Niederländisch = 1 Punkt

Slide 14 - Slide

Ziel
Je weet hoe je de keuzevoorzetsels gebruikt
Je kan een stukje tekst schrijven
Hast du das Ziel erreicht?

Slide 15 - Slide

der nächste Unterricht
Boek B + laptop + lader mee

Huiswerk / leerwerk overhoren!




Slide 16 - Slide

das Ende
Wat vond je van de les?

Wat heb je geleerd?

Wat was er nuttig?

Heb je een tip voor iemand?

Kies drie vragen en schrijf het antwoord op

Slide 17 - Slide

tschüss!                   auf Wiedersehen!

Slide 18 - Slide

tschüss!                   auf Wiedersehen!

Slide 19 - Slide

ga naar 

Slide 20 - Slide

hoofdstuk 1 -5 was huiswerk
Je moet elk rondje 'goud' maken door hem nog een keer te doen.

Vergeet de verhaaltjes niet!
timer
15:00

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide