T5B1

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Thema 5: Regeling

B1: Het zenuwstelsel

SE week 2

SE 303 (10x):

• Thema 5 Regeling 
• Thema 6 Zintuigen

SE 304 (5X): 

• PO Zintuigen

Leerdoelen

Aan het einde van de les: 

• kan je uitleggen waar het zenuwstelsel uit bestaat.
• kan je het verschil uitleggen tussen een prikkel en een impuls. 
• 
  

De bouw van het zenuwstelsel

Het zenuwstelsel bestaat uit: 

• Centrale zenuwstelsel: hersenen + ruggenmerg (bestaat uit zenuwen)

• Zenuwen: verbinden het centrale zenuwstelsel met alle lichaamsdelen. 

Zintuigen

Zintuig = een orgaan dat prikkels waarneemt. 

Gehoorzintuig

Gezichtszintuig

Warmte-, koude-, tast-, en drukzintuig

Geurzintuig

Smaakzintuig

Prikkel: invloed van buitenaf die je kan waarnemen met je zintuigen

Prikkels en impulsen

Wat gebeurt er met een prikkel?

Elk zintuig heeft zintuigcellen

In zintuigcellen ontstaan impulsen

De impulsen  ('elektrisch signaal') gaan naar de hersenen

Opdrachten

Maken 5.1 opdracht 1 t/m 5 uit je werkboek.

Klaar? 'Test Jezelf' online

Leerdoelen

Aan het einde van de les: 

• kan je uitleggen waar het zenuwstelsel uit bestaat.
• kan je het verschil uitleggen tussen een prikkel en een impuls. 
• 
  

Zenuwcel

Het versturen van de impulsen gaat via zenuwcellen.

Het zenuwstelsel bevat miljoenen zenuwcellen

• Een zenuwcel bestaat uit een cellichaam (celkern) en uitlopers (doorsturen 

Zenuwcel

lange uitlopers verbinden zintuigen, organen, spieren en klieren met het centrale zenuwstelsel

Korte uitlopers verbinden zenuwcellen met elkaar. 

Zenuw = een bundel lange uitlopers van zenuwcellen

dus: zenuw ≠ zenuwcel