A2: Meervoud, herhaling

• NT2
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Dit gaan we  vandaag doen:

• Huiswerk: brieven bekijken
• Terugblikken op vorige week - zeggen dat ... vragen of
• Oefeningen over De nieuwsbrief afmaken ( ook werkblad)

•  Herhalen meervouden: Foto - foto's,baby - baby's

Lesdoelen

Cursisten kunnen: 

- samengestelde zinnen maken met zeggen dat, vragen of ...

- de woorden over een nieuwsbrief gebruiken in een zin

- kennen de betekenis van de woorden over een uitje organiseren, de nieuwsbrief en berichten voor docenten en kennen de verbuiging van die woorden ( meervoud, werkwoordsvormen etc)

- meervoud maken

Het meervoud maak je altijd door -en achter een woord te zetten.

1. Waar
2. Niet waar

Het meervoud maak je altijd door een "s" achter het woord te zetten.

1. Waar
2. Niet waar

MEERVOUD

Eén is enkelvoud, twee of meer is meervoud

Het meervoud maak je meestal door  -en   -s  of  's achter een woord te zetten.

                    één geit - twee geiten

                    één cijfer - twee cijfers

                    één baby - twee baby's

MEERVOUD

Soms moet je een klinker weglaten,

of een medeklinker erbij doen.

één aap - twee apen

één kool- meer kolen

één pop - twee poppen

één kus - drie kussen

MEERVOUD

Na één a, i, o, u of y schrijf je 's in het meervoud

Ook na een afkorting schrijf je 's in het meervoud:

één wc - twee wc's, één tv - twee tv's

Na twee of meer klinkers schrijf je geen 's, maar s:

één cadeau - twee cadeaus

Wat is het meervoud van "boek"?

Wat is het meervoud van "kast"?

Wat is het meervoud van "oma"?

Wat is het meervoud van "taxi"?

Wat is het meervoud van "man"?

Wat is het meervoud van "het meisje"?

Wat is het meervoud van "de ring"?

Wat is het meervoud van "de taxi"?

Wat is het meervoud van "het café"?

Wat is het meervoud van "de klok"?

Van sommige woorden moet je het meervoud gewoon leren. Er is geen regel voor.

Bijvoorbeeld:

de stad  -  de steden

de dag  -  de dagen

het glas  -  de glazen

het schip  -  de schepen

Let op!

Bij veel woorden die eindigen op een f, verandert de f in het meervoud in een v (één wolf- twee wolven, één neef- twee neven)

Bij veel woorden die eindigen op een s, verandert de s in het meervoud in een z (één grens- twee grenzen, één reus- veel reuzen.)

Wat is het meervoud van "roos"?

Wat is het meervoud van "kaas"?

Wat is het meervoud van "vis"?

Wat is het meervoud van "poes"?

Wat is het meervoud
van "duif"?

Wat is het meervoud van "brief"?

Wat is het meervoud van "paraplu"?

Wat is het meervoud
van "kanarie"?

Wat is het meervoud van "radio"?

Hebben jullie het allemaal begrepen?

Hoe maak je meervoud van een woord?

• Je schrijft er en achter
• Je schrijft er een s achter
• Je schrijft er een  's achter
• Soms verandert de s in een z en de f in een v
• Soms haal je een klinker weg
• Soms schrijf je er een medeklinker bij