7.4 Meer dan één kracht en veerkracht

De les

huiswerk controle
lesdoelen
paragraaf 7.4
opdrachten maken

1 / 28

Slide 1: Slide

NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De les

huiswerk controle
lesdoelen
paragraaf 7.4
opdrachten maken

Slide 1 - Slide

Huiswerk gemaakt?

Laat je huiswerk zien!

Slide 2 - Slide

Lesdoelen

7.4

gedeeltelijke herhaling van het hoofdstuk
je kunt krachten en uitrekking van een veer berekenen
je kunt een grafiek maken van uitrekking
je kunt de veerconstante uitrekenen

Slide 3 - Slide

meer dan een kracht

Slide 4 - Slide

Welke 2 krachten zijn hier getekend?

Slide 5 - Slide

Wat als er 2 krachten tegelijk werken?

Slide 6 - Slide

Welke 2 krachten zijn hier getekend?

F_v

F_z

Slide 7 - Slide

De zwaartekracht is even groot als de veerkracht.

De tas hangt stil.

Slide 8 - Slide

Evenwicht van krachten:

SOMkracht of Nettokracht = NUL Newton

Dan verandert de snelheid van de beweging niet.

Stilstaan blijft stilstaan

Bewegen blijft met dezelfde snelheid in dezelfde richting blijven bewegen

Slide 9 - Slide

somkracht naar rechts somkracht NUL somkracht naar links

Slide 10 - Slide

De normaalkracht staat loodrecht op het oppervlak

F_n is even groot als F_z

_{(het zakt niet door de tafel..)}

Slide 11 - Slide

somkracht is 180 N + 100 N = 280 N naar rechts

Slide 12 - Slide

somkracht is 180 N - 100 N = 80 N naar rechts

Slide 13 - Slide

Verschillende krachtmeters

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Veerconstante formule

C = veerconstante

(N/cm)

F = veerkracht

(N)

u = uitrekafstand

(cm of m)

F

F v = C . u

Slide 20 - Slide

Wat is de eenheid van C in de veerconstante formule?

N/cm

cm/N

Slide 21 - Quiz

Wat is de eenheid van F?

N/cm

cm/N

Slide 22 - Quiz

Vaardigheid - Werken met formules

Lees de opgaven
Noteer de gegevens
Noteer de vraag
Noteer de oplossing en begin met de formule! Zet de formule in de juiste vorm en kijk naar de eenheden
Werk de berekening uit
Noteer de uitkomst en check de eenheid!
Controleer of je antwoord hebt gegeven op de vraag!

Slide 23 - Slide

Voorbeeld 1

Een veer is 23,5 cm lang als er niets aanhangt, en 33,1 cm als er een gewichtje van 350 gram aanhangt.

Bereken met deze gegevens de veerconstante van de veer.

Slide 24 - Slide

Gegevens u = 33.1-23,5 = 9,6 cm

m = 350 g = 0,35 kg

Gevraagd C = ?

Oplossing F = m.g = 0,35 x 9,81 = 3,43 N

C = \frac{​ F v ​ ​}{​ u ​}

= \frac{​ 3 , 4 3 ​ ​}{​ 9 , 6 ​}

= 0,36 N/cm

Slide 25 - Slide

Voorbeeld 2

De nulstand van een veer is 15 cm. Als de veerconstante 42 N/m is en de kracht op de veer 6N is, wat is de lengte van de veer?

Slide 26 - Slide

Gegevens u nulstand = 15 cm

C = 42 N/m

F = 6N

Gevraagd lengte van veer (u)

Oplossing

u = \frac{​ F ​ ​}{​ C ​}

= \frac{​ 6 ​ ​}{​ 4 2 ​}

= 0,14m = 14 cm

dus u = 15 + 14 = 29cm

Slide 27 - Slide

Les samenvatting:

C = \frac{​ F v ​ ​}{​ u ​}

Kunnen we ook berekenen met F=m x g

bereken met eindstand - nulstand

Slide 28 - Slide