Oefenen theorie BA

Welk van de onderstaande onderdelen vind je niet in een jaarrekening terug?
A
Inventarislijst
B
Balans
C
Een winst-en-verliesrekening
D
Een toelichting
1 / 36
next
Slide 1: Quiz
BedrijfsadministratieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welk van de onderstaande onderdelen vind je niet in een jaarrekening terug?
A
Inventarislijst
B
Balans
C
Een winst-en-verliesrekening
D
Een toelichting

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Uitspraak 1: Met een hypothecaire lening kun je een bedrijfsgebouw financieren.
Uitspraak 2: De voorraad goederen kan gedeeltelijk door debiteuren worden gefinancierd.
A
Uitspraak 1 is juist, uitspraak 2 is onjuist.
B
Uitspraak 1 is onjuist, uitspraak 2 is juist.
C
Beide uitspraken zijn juist.
D
Beide uitspraken zijn onjuist.

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de omschrijvingen naar het juiste begrip
Administratie
Creditzijde
Balans
Debetzijde
Systematisch verzamelen en vastleggen van gegevens
Overzicht van alle bezittingen, schulden en het eigen vermogen.
Linkerkant van de balans
Rechterkant van de balans

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

Als je een crediteur betaalt dan neemt deze grootboekrekening:
A
Toe (crediteren)
B
Af (debiteren)

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Alle grootboeken staan samen in...?
A
de balans
B
de winst-en-verliesrekening
C
het grootboek
D
het rekeningschema

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Rechterkant van de balans
Linkerkant van de balans
Activa

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Rechterkant van de balans
Linkerkant van de balans
Passiva

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Debet
Credit
Balans
Bank
4% Hypothecaire lening
Debiteuren
Crediteuren
Gebouw
Eigen vermogen

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Waarom gebruik je het grootboek?
A
Scheelt tijd bij het inboeken
B
Overzichtelijk
C
Dit is een wettelijke verplichting
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Grootboekrekeningen zijn
A
bankrekeningen
B
berekeningen
C
balansposten
D
spaarsaldo's

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Welke grootboekrekening is een voorbeeld van een HEV?
A
Energiekosten
B
Voorraad
C
Crediteuren
D
Inventaris

Slide 11 - Quiz

A Energiekosten (zorgt voor een toe- of afname van het eigen vermogen).


Eigen vermogen open ik in het grootboek aan...?
A
De rechterkant
B
De linkerkant

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat de juiste
boekingsregel van bezit?
A
B + D en B - D
B
B + D en B - C
C
B + C en B - C
D
B + C en B - D

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welke grootboekrekening is een voorbeeld van schuld?
A
Reclamekosten
B
Liquide middelen
C
Kas
D
Crediteuren

Slide 14 - Quiz

D Schuld (staat aan de rechter kant van de balans = schuld) 

Kas open ik in het grootboek aan...?
A
De rechterkant
B
De linkerkant

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Welke boekingsregel is toegepast bij:

Debet Credit
Kas € 500,00

Welke boekingsregel is toegepast bij:

                                Debet           Credit
 Kas                                               € 500,00  
A
B-D
B
S-D
C
HEV-C
D
B-C

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Rechterkant van de balans
Linkerkant van de balans
Bezittingen

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Wat is de juiste boekingsregel
voor Schuld en EV ?
A
S/EV + D en S/ EV - C
B
S/EV - D en S/EV - C
C
S/EV + D en S/EV + D
D
S/EV - D en S/EV + C

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Welke grootboekrekening is een voorbeeld van bezit?
A
Eigen vermogen
B
Crediteuren
C
Bank
D
Energiekosten

Slide 19 - Quiz

C Bank (staat aan de linker kant van de balans = bezit) 
Rechterkant van de balans
Linkerkant van de balans
Bezittingen
Schulden

Slide 20 - Drag question

This item has no instructions

Linkerzijde balans

Rechterzijde balans

Passiva
Activa
Bezittingen
Schulden
Inventaris
Lening bank
Kasgeld
Eigen vermogen
Vreemd vermogen

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Privé opname
A
Geen invloed op EV
B
Wel invloed op EV

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Van wie ontvang je een
inkoopfactuur?
A
Debiteur
B
Crediteur
C
EV
D
klant

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Bij een inkoopfactuur boek je crediteuren altijd
A
Debet
B
Credit

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Privé storting
A
Geen invloed op EV
B
Wel invloed op EV

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

IF = .......?
A
Inkomstenfactuur
B
Inkoopfactuur
C
Inkomensfinanciën
D
Inkoopfinanciën

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een debiteur ?
A
Iemand waar we nog geld van krijgen
B
Een schuldeiser
C
Iemand aan wie we nog geld moeten betalen
D
Iemand die een lening heeft verstrekt

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn crediteuren
A
Klanten die nog een rekening moeten betalen
B
Dat de eigenaar nog geld aan een leverancier moet betalen

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

De rekening Privé boek je bij een privé-storting altijd...?
A
S + C
B
HEV - D
C
S - D
D
HEV + C

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Als ik een crediteur betaal boek ik crediteuren
A
Debet
B
Credit

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Privé-opname boek je ...?
A
S + C
B
HEV - D
C
B - C
D
HEV + C

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

De rekening privé is een rekening van...
A
Bezit
B
Schuld
C
HEV
D
Geen een

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

De rekening Privé boek je bij een privé-opname altijd...?
A
S + C
B
HEV - D
C
S - D
D
HEV + C

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Vraag 4: zet de stappen van de boekingsregels in de goede volgorde...
1.

2.

3.

4.
Rekening van bezit/schuld/REV?
Wordt bezit of schuld groter of kleiner? 
Welke grootboekrekening veranderen?
Moet je debiteren of crediteren? 

Slide 34 - Drag question

1. Welke grootboekrekening veranderen?
2. Rekening van bezit/schuld/REV?
4. Wordt bezit of schuld groter of kleiner?
5. Moet je debiteren of crediteren?
Aantal verkochte producten x de verkoopprijs
Alle ... die een bedrijf bij het produceren van goederen en diensten maakt 
De eigenaar haalt geld of goederen uit de zaak
De eigenaar brengt geld of goederen in de zaak
Aantal verkochte producten x de inkoopprijs
Grootboekrekening waarop je de kosten, opbrengsten en privé op boekt.
Financieel overzicht van de inkomsten, uitgaven en winst van een bedrijf
Opbrengst verkopen
(Bedrijfs)Kosten
Privé opname
Privé storting
Inkoopwaarde verkopen
Winst-en verliesrekening
Hulprekeningen EV

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

De rekening inkoopwaarde verkopen is een:
A
Rekening van bezit
B
Rekening van schuld
C
Hulprekening van het eigen vermogen

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions